Word de EuroVelo 3 in België de nieuwe Fietsroute van het Jaar?
Word de EuroVelo 3 in België de nieuwe Fietsroute van het Jaar?
Een artikel van Bert Sitters | voorzitter van de jury Fietsroute van het Jaar
Er zijn vier fietsroutes genomineerd voor de prestigieuze trofee Fietsroute van het Jaar 2020. De winnaar zal worden bekend gemaakt worden op Fiets en Wandelbeurs. Deze vindt plaats van 28 februari t/m 1 maart 2020. Eerder schreef ik al over La Vallée du Loir à Vélo en La Dolce Via in de Ardèche, beiden in Frankrijk. Deze keer blijven we dichterbij huis en gaan we naar onze zuiderburen.
Eurovelo 3 in België
Deze route brengt ons van het Drielandenpunt bij Vaals door het Land van Herve en langs de Maas en Samber naar de Franse grens. Wie is er niet met schoolreisje op het Drielandenpunt geweest boven op de Vaalserberg. Met 321 meter het hoogste punt van Nederland.
Vrij kort achter de drie grenspalen haken we aan op de Eurovelo 3 die hier na een lange afstand van het beginpunt in het Noorse Trondheim vanuit Duitsland België binnenkomt.
Eerder schreven we op Mountainreporters al over de Eurovelo 3 in Tsjechië
De duidelijke borden wijzen ons gemakkelijk de weg. Het eerste deel laten we ons gemakkelijk glijden door de haarspeldbocht in de lange afdaling naar Gemmenich. Midden in het dorp wappert de vlag met de Waalse haan, maar een groot deel van de bevolking spreekt nog altijd een Limburgs/Platdiets dialect.
Een spoorbaan, appeltjes, een fort en stinkkaas
Vanaf Plombières loopt een fietspad over een voormalige spoorbaantje: een RAVeL noemt men dat in Wallonië. Een collectie oude treinen dat bij het voormalige stationnetje van Montzen staat weg te roesten geeft het teloorgegane ooit zo rijkelijke spoorwegverleden sprekend weer.
Pas op voor vallende appeltjes, waarschuwt ons een bord bij Aubel. In het stadje verwerkt men de appels tot stroop of cider.
We gaan langzaam omhoog naar het fort van Battice: een imponerend blok beton uit de jaren ’30, maar tijdens de Eerste Wereldoorlog namen de Duitsers het bolwerk na twaalf belegerdagen in. Op een soort hoge ruggengraat fietsen we, met uitzichten aan beide zijden. Dit is het Land van Herve: bekend om de “stinkkaas”.
Beneden ons ligt de stad Luik in het Maasdal. Vanaf de brug over de Maas krijgen we een panoramablik over de “Vurige Stede”. Het dal van de Maas sluit zich steeds nauwer om ons heen. Na iedere bocht krijgen we weer een andere blik. Rotswanden steken uitdagend omhoog.
Bourgondische hapjes
Na de zoveelste bocht ligt de citadel van Namen als een salamander op het reliëf tussen het samenvloeien van de Maas en de Samber. De Industriële revolutie van de meeste Waalse steden lijkt aan Namen voorbij te zijn gegaan.
Onderwijs was een belangrijke functie. Studenten bepalen voor een belangrijk deel het straatbeeld. De straatjes en de pleintjes zijn intiem.
Na een fietsdag is het op de levendige terrassen genieten van bijzondere biertjes en Bourgondische hapjes: het Waalse leven ten top.
Vanaf Namen volgt de route het jaagpad langs de Samber. Deze rivier is duidelijk intiemer dan de Maas, maar was belangrijk tijdens de jaren van industrie rond Charleroi.
Het jaagpad brengt ons zonder kruisend autoverkeer tot in het centrum van de stad. Charleroi heeft de naam van vieze stad, maar de benedenstad langs de Samber is sfeervol opgeknapt. Het fietspad hangt boven de Samber vast aan de kademuren.
Muizengaatje tussen industriële monumenten
De gloriejaren van kolen en staal confronteert ons op een muizenpaadje langs de Samber tussen de industriële monumenten. Boven ons verbinden roestige pijpleidingen de complexen op beide oevers. Een groep Japanse fotografen krijgt er geen genoeg van om alles op de gevoelige plaat vast te leggen. Dit moet een lawaai van jewelste geweest zijn met alle gestamp en ratelende rolbanen.
Ineens is er de overgang naar de natuur. Door het dal van de Boven-Samber lopen geen autowegen. Dit zorgt voor een ongekende rust waar het gezang van de vogels domineert. Even is er een onderbreking door een steengroeve als een laatste stuiptrekking van bedrijvigheid.
Gloriejaren uit het Rijke Roomse Leven
De ruïne van de Abdij van Aulne herinnert aan de gloriejaren van het Rijke Roomse Leven. Voor de Walen is dit een belangrijk patrimonium.
Rond het middaguur stromen de terrassen en eetgelegenheden vol: van frietkot tot sterrenrestaurant. Naast de spijzen pronkt een kelk kolkend abdijbier van Aulne. Ook historisch zijn de contouren van het hooggelegen middeleeuwse Thuin.
Je moet er alleen even voor klimmen. Tot de Franse grens wordt de rust alleen onderbroken door de sluisjes met de ophaalbruggetjes, waar even moeten dansen over de kasseien. Welkom in Frankrijk, Parijs 250 km geeft een bord langs het fietspad aan. Een leuk idee voor een volgende tocht.
MEER INFORMATIE
- Lengte: 187 km
- Begin: Vaalserberg
- Einde: Erquelinnes (Franse grens aan de Samber)
- De route is uitgezet op RAVeL’s dit zijn voormalige spoorwegen of jaagpaden in Wallonië die zijn ingericht als fietspad. Meer info: ravel.wallonie.be/nl/
- De route is geheel bewegwijzerd.
- Er zitten in het eerste deel wat hellingen, maar deze zijn niet zwaar
Je kunt vanaf Erquelinnes met de trein terug via Charleroi en Brussel. De fiets kan mee in de trein. In België moet je op het perron wel de conducteur waarschuwen om de fietsenberging te openen. Ook als je uitstapt heb je de conducteur nodig.
Meer over deze route en.eurovelo.com/ev3/belgium
De Vader van Bert Sitters bouwde zelf bakfietsen, maar van techniek heeft Bert niet meegekregen. Wel is fietsen een belangrijk deel van zijn leven. Bert fietste in bijna 100 verschillende landen op onze aardbol. Fietsen is de beste wijze om een land te leren kennen. Je ziet en ruikt alles en kunt stoppen waar je wilt. Dit geeft een grenzeloos gevoel van vrijheid.
Bert schreef 10 fietsgidsen, heeft talrijke lezingen verzorgd over zijn fietsreizen en is voorzitter van de jury Fietsroute van het Jaar. .