Mijn eerste 4000'er in de Alpen: de Strahlhorn
Mijn eerste 4000’er in de Alpen
Een klimverhaal van Jiska Appel
Zaterdagochtend 4 augustus, 2.30u: de wekker gaat. Om 3.00 uur worden we verwacht aan het ontbijt in de Britannia Hütte. Die vrijdag zijn we al naar de hut gelopen, met al onze bepakking. Het was een kleine, doch op één moment levensgevaarlijke, wandeling naar de hut. Er waren twee aanlooproutes naar de hut toe.
Toen wij op het korte pad over de gletsjer liepen kwam er een serie enorme stenen naar beneden vallen
Eén rechtstreeks, de andere met een kleine lus. Omdat we allebei al wat moe waren van vorige avonturen, en onze energie wilde sparen voor de mooie tocht die nog zou volgen, besloten we de korte route te nemen. Maar écht, die route raad ik nu iedereen af. Toen wij op het korte pad over de gletsjer liepen kwam er een serie enorme stenen naar beneden vallen. Ik denk dat sommige stenen letterlijk nog groter waren dan de gemiddelde koelkast, en dat viel op minder dan vijf meter voor ons op het pad. Als we vijf seconden eerder waren vertrokken waren we wellicht onder die steen geëindigd en hoe het dan was afgelopen….
Tijd voor de beklimming!
Maar goed: het echte avontuur kwam natuurlijk pas de volgende dag. Ik zou mijn allereerste 4000’er in de Alpen gaan beklimmen: de Strahlhorn met een hoogte van 4190 meter! De Strahlhorn is een berg op de grens van het Saasdal en het Matterdal, waarvandaan je prachtig uitzicht hebt op vele andere 4000’ers in de buurt. Onder andere de beroemde Matterhorn is goed te zien vanaf de top van de Strahlhorn. Deze regio is een prachtige plek die toegankelijk is voor iedereen vanwege de vele kabelbanen, die gratis zijn als je in het dal op een camping staat.
Onder andere de beroemde Matterhorn is goed te zien vanaf de top van de Strahlhorn
Zaterdagochtend vertrokken we rond half vier ’s ochtends vanuit de hut. Er waren twee andere groepen die ook de Strahlhorn op zouden gaan die dag. Sommige alpine tochten staan bekend als alleen maar sneeuwstampen en een spoor volgen. Deze tocht was dat niet. We begonnen met een stuk over de Hohlaub gletsjer, waar het moeilijk de weg vinden was in het donker. Daarna klauterden we een stuk over wat rotsen en puin. En vervolgens was het nog een lange weg over de grote Allalin gletsjer.
Na een flinke tocht kom je aan de op de Adlerpas (3789m) en heb je nog mooier uitzicht dan voor de pas. Daarna is het ‘alleen nog maar’ sneeuwstampen tot de top. De top lijkt dichtbij vanaf de Adlerpas, maar die 300 meter stijgen voelen toch nog best wel zwaar op deze grote hoogte. Slow and steady lopen we door naar de top. Al aan het begin van de tocht haalden we de de twee andere touwgroepen in, en we stonden dus als eerste op de top. En daar konden genieten van een mooi uitzicht. Geweldig om dit met z’n tweeën mee te maken.
De weg terug
Vervolgens begon de weg terug naar de hut. Als een vrolijke berggeit ging ik voorop naar beneden. Rennend en glijdend door het dikke pak sneeuw naar beneden, en niet te ver weg proberen te zakken. Heerlijk! De terugweg was iets minder zoeken, omdat we de route kenden van de heenweg, maar toch moest het vrolijke berggeitje kalmeren en weer serieus haar best doen want de makkelijke gletsjer van de heenweg was veranderd in een groot spletig gevaarlijk gebied. Gelukkig kwamen we hier veilig doorheen.
De avond voorafgaand aan de tocht hadden we nog een beetje gelachen met (en om) twee Nederlandse mannen die die dag ook de Strahlhorn hadden beklommen, en daar 15 uur over hadden gedaan. Vanuit verschillende bronnen hadden wij gehoord dat het beklimmen van de berg zo’n 4-5 uur zou duren, en teruglopen 4 uur. We dachten dat de twee Nederlandse mannen dus wel echt langzaam waren. Helaas was niks minder waar, want het was gewoon een enorm lange tocht.
Wij waren zelf om half 4 vertrokken en rond 4 uur ’s middags weer terug bij de hut. Dit betekent dat wij 12,5 uur over de tocht hadden gedaan (en alsnog de snelste van de dag waren). Dat de tocht langer duurde dan verwacht kwam waarschijnlijk vooral doordat de route op de heenweg niet makkelijk te vinden was, én er heel erg veel gletsjerspleten waren op de terugweg waar we erg voorzichtig mee om moesten gaan.
Genieten
Compleet uitgeput (we hadden ons niet helemaal voorbereid op zo’n lange tocht, en waren vooral heel erg dorstig door een klein watertekort) kwamen we terug bij de hut. Ik kon niks meer zeggen of doen, het enige wat ik kon doen was genieten. Genieten van het uitzicht, de natuur, en het avontuur wat we hadden beleefd. De Strahlhorn lag er mooi bij, en was goed te zien vanaf de hut. Mijn eerste 4000’er: heel vermoeiend, leerzaam (voor het eerst ook zelf genavigeerd tussen de gletsjerspleten door), maar vooral heel erg voldoening gevend. En nu, anderhalve maand later, kan ik dat gevoel van genot nog steeds terughalen… Heerlijk!
Lees hier alle verhalen over Zwitserland
Al voordat ik zelf kon lopen ging ik tijdens vakanties de Zwitserse alpen in. En al zolang ik mij kan herinneren ben ik verliefd op de bergen. Alpineren, rotsklimmen, klettersteigen, hardlopen, wandelen: alles in de bergen vind ik fantastisch! Het liefste ben ik met mijn vrienden van de Amsterdamse Studenten Alpen Club op avontuur.