Reisverslag Oostenrijk | Klettersteigen in de Schladming-Dachstein regio
Het is geen bergbeklimmen, het is ook geen hiken, het zit er eigenlijk net tussenin. Ik heb het over Klettersteigen, ook wel Via Ferrata (ijzeren weg) genoemd. De van oorsprong uit Italië afkomstige manier van bergen trotseren diende vroeger als veilige passage naar de top of een berghut. Tegenwoordig worden via ferratas ook gebruikt als doel op zich, met ijzeren kabels en de nodige uitrusting langs watervallen of mooie rots passages. In dit verhaal neem ik je mee naar het klettersteig walhalla van Oostenrijk; de Schladming-Dachstein Regio.
Wat is Klettersteigen?
Klettersteigen (zoals het in de Duits talige landen wordt genoemd) is dus een vorm van bergsport. De met stalen kabels beveiligde route leidt je veilig door het steile en rotsachtige terrein. Vaak zijn de routes ook uitgerust met stalen pinnen en treden die het “klimmen” moeten vergemakkelijken. Desalniettemin moet je nog steeds erg voorzichtig zijn. Veel routes zijn te vinden in de Dolomieten, maar ook de Alpen landen kennen een paar erg leuke en uitdagende routes. Waaronder dus de Schladming-Dachstein regio in het noordoosten van Oostenrijk. Met 30 verschillende routes het nummer 1 gebied van het land.
Sattelberg
Mijn reisgenoot en ik beschikten voor de reis al over enige klimervaring. We boulderen en klimmen in de hal en ook het wandelen is ons niet vreemd. Aangezien we nog nooit een klettersteig gedaan hadden leek het ons echter toch wel verstandig om met de oefenrots te beginnen. Een goede keuze achteraf. Want ondanks dat de routes van korte duur waren zaten er al een paar moeilijke passages bij en op deze manier konden we goed vertrouwd raken met onze uitrusting.
De routes op de Sattelberg liggen direct naast de parkeerplaats, wat ze dus erg toegankelijk maakt. Online en met borden naast de routes staat goed aangegeven welke moeilijkheidsgraad je kan verwachten. Waarbij A de makkelijkste en E de hoogste graad is. De routes op de Sattelberg zijn mooi opgebouwd van A/B tot C/D routes. De lage ligging en de mogelijkheid om waar nodig een makkelijkere passage te kiezen maakt dit dus bij uitstek een geschikte, maar zeker geen saaie, klettersteig om mee te beginnen.
Silberkarklamm
Na het opwarm werk op de Sattelberg kozen we de volgende dag voor de Silberkarklamm. De kloof, met aan het einde de gelijknamige berghut, beschikt over drie klettersteigroutes. Lopend door de kloof is de Hias klettersteig (C/D) de eerste route die men aantreft. De route begint gelijk leuk met een hangbrug over het water waarna het direct steil omhoog gaat.
Aan het eind van de route kan je kiezen om links af te gaan terug door de kloof naar de parkeerplaats of rechts richting de hut. Wij kozen voor het eerste.
De hut biedt een mooie plek om even tot rust te komen. Met zon en temperaturen rond de 25 graden wordt het al snel heet als je aan stalenkabels aan een rotswand hangt.
Na goed uitgerust te zijn zetten we de weg voort naar de Siega Klettersteig (C/D). Zo’n kleine 30 minuten doorlopen over losliggende rotsen achter de hut en de start van de klettersteig is aangebroken. Steil omhoog is hier de enige weg, weinig rustplaatsen en vermoeide spieren van de eerste klettersteig maakt het tot een hele uitdaging.
Maar onderweg genieten we ook van de prachtige vergezichten over de kloof, die nu achter ons ligt. Na zo’n 1,5uur bereiken we de top en lopen we langzaam en voldaan weer terug richting de hut.
Vanaf daar lopen we langs het water, terug door de kloof richting de parkeerplaats. De 3e klettersteig in de kloof moet wachten tot morgen.
De volgende dag beginnen we, na een goede nachtrust, aan de Rosina klettersteig (C/D). Met bijna geen enkele rustplek en ruim 200 verticale meters een echte uitdaging. Ook deze route begint met een leuke hangbrug, waarna het echte klimwerk aanbreekt. De route eindigt op een met bos bedekte top. Geen overbodige luxe, aangezien de zon weer aardig doorsteekt en de temperaturen opgelopen zijn. Voldaan keren we terug naar onze camping.
De Dachstein
Vandaag staat letterlijk en figuurlijk het hoogtepunt van onze reis op de bestemming. De Dachstein. Met 2995 meter de hoogste top van de Salzburger Alpen. Aan de voet van het Dachsteinmassief ligt tevens ook een van de langste en uitdagendste klettersteigen van de alpen. De Anna, Johann en Dachstein klettersteig vormen samen de grootste verticale overbrugging met een klettersteig ter wereld. Wij waren helaas te vroeg in het seizoen om zelfs deel 1 (Anna klettersteig) te doen.
Met de finish op 2000m lag er helaas nog te veel sneeuw en was de route nog niet vrij gegeven. Maar ook later in het seizoen moet je deze combinatie van drie routes zeker niet onderschatten. Op veel plekken ligt het hele jaar door ijs en sneeuw op de terugweg moet je over de gletsjer, dus ervaring in de bergen is zeker geen overbodige luxe. Kijk voor vertrek ook op de website van Schladming-Dachstein of ga naar het regionale infopunt voor het laatste advies over de route.
Wij kozen dus de kabelbaan om naar de Dachstein te gaan. Na tien minuten stonden we op 2700m aan de voet van de gletsjer. Over een mooi geprepareerd pad liepen staken we de gletsjer (of in ieder geval een deel daarvan) over om naar de top van “kleine Dachstein” te klimmen. Geen grote uitdaging, maar wel een prachtige route omgeven door een dito landschap. De hoogte en de kou maakte het een absoluut hoogtepunt van onze klettersteigreis. We komen dus ook zeker nog een keer terug om klimmend naar boven te gaan.
De vakantie was te kort en het gebied te groot om alle klettersteigroutes in de omgeving te ervaren. Desalniettemin heb ik een goed idee gekregen van wat de Schladming-Dachstein regio te bieden heeft. Met cursussen, goede informatie en super faciliteiten is dit bij uitstek een geschikt gebied voor je eerste ervaring met klettersteigen, maar ook de al meer ervaren klimmer kan hier veel plezier beleven.
Hoofdfoto: Koen van Dijk
LEES OOK
Koen van Dijk een reis- en avontuurfotograaf met een passie voor buiten. Of het nu gaat om wandelen, klimmen, skiën, kanoën, of een andere buitenactiviteit, het avontuur staat altijd centraal. Dit gevoel, van avontuur, probeert Koen dan ook vast te leggen in zowel zijn foto’s als zijn verhalen.