Wandelen op de grens van Duitsland en Oostenrijk
Vanuit Oberstdorf is er een verscheidenheid aan bergen
Een reisverhaal van Dagmar Wolters
Gelukkig zat het er toch nog even in; een paar dagen naar de bergen met Oberstdorf als uitvalsbasis. Een wandelvakantie die net even anders werd in gedeeld dan normaal, maar nog steeds lekker buiten was, met goed weer én in beweging. Ook een vakantie waar dingen steeds nét anders waren dan gedacht.
Oberstdorf
Onze standplaats was Oberstdorf. Zo’n beetje daar waar de bergen beginnen. We hadden een pension (waar waren de badkamer en keukentje die we op de foto hadden gezien?) en keken uit op onder andere de Nebelhorn. Het was er erg druk in de week dat wij er waren.
Poging tot Schrecksee en Salzachklamm
De Schrecksee stond op onze wandellijst. Bekend als “het mooiste bergmeer van Duitsland”.
We reden met de auto naar Hinterstein, de Auf der Höh parkeerplaats. Daar aangekomen trokken we de schoenen aan en checkte ik het bord met wandelroutes. Achteraf bleek ik niet heel goed gekeken te hebben…
Het meer stond niet aangegeven op de bordjes en dat vond ik al gek, maar we besloten te lopen richting de Willersalpe. Al snel kregen we het zweet los door de klim en kwamen we in een bos.
Aangekomen bij de Willersalpe zag ik op het bord dat het nog vier uur wandelen was naar de Schrecksee. Dat zouden we gezien de tijd al niet meer halen. Jammer, maar met een drankje genoten van het mooie uitzicht bij de hut.
Daarna wilden we naar de Salzachklamm. Google Maps stuurde ons naar een weg die we niet in mochten rijden en kon ons niet op tijd naar de ingang navigeren. Toen het uiteindelijk gelukt was, hielden we te weinig tijd over voor de kloof. Doei Schrecksee en doei Salzachklamm. Beiden zouden ongetwijfeld mooi zijn geweest.
Nebelhorn en Freibergsee
Het weer beloofde ook deze dag goed te worden en we namen de gondel naar de Nebelhorn. Op het bergstation stapten we uit om een prachtig uitzicht te krijgen over de Seealpsee. Het hoeven niet altijd lange wandelingen te zijn om een fantastisch zicht te hebben, want na slechts enkele minuten waren we er al.
We hadden verwacht meer wandelmogelijkheden te hebben, maar dat viel tegen. Na de Seealpsee namen we gipfel gondel naar het hoogste punt. Vanuit de Nebelhorn zou je 400 toppen moeten kunnen zien. Geen idee hoeveel we er zagen, maar het waren er veel.
Na het uitzichten, gingen we weer het dal in bij Oberstdorf en reden we naar de Freibergsee.
Het was even onduidelijk waar te parkeren en hoe te lopen. Google Maps zei ons een paar keer dat we náást een te bezoeken meer konden parkeren, maar niets was minder waar. We mochten er niet in rijden en moesten nog een uur lopen. Ondertussen was onze relatie met de navigatie bekoeld.
Hoher Ifen
Op dag drie reden we naar de Hoher Ifen. Dat ligt in het Klein Walstertal, Oostenrijk, op een klein half uur van Oberstdorf. Geheel in trend, liep het hier ook anders. Toen we in de gondel zaten, moesten we al snel weer uitstappen. Huh, gaat ie niet verder en hebben we hier € 20,- voor betaald? We waren niet de enige met die verwarring.
De rugzak ging weer op en we begonnen direct met klimmen. Op de bordjes waren de wandelopties niet direct heel duidelijk, maar we liepen naar de Hahnenköpfle.
De klim naar de top van de Hoher Ifen lieten we letterlijk links liggen. Het was fijn om eindelijk wat “wildere” uitzichten te hebben; geen gondels, geen dorpje zichtbaar en geen massa mensen (nou ja…).
Aangekomen bij de Hahnenköpfle waaide het flink en was het fris. We hadden een weids uitzicht over het Gottesackerplateau. Weer zo’n ander uitzicht! Een landschap die ik nog niet eerder zo heb gezien in de bergen.
Fellhorn en Kanzelwand
Het was maar kort rijden naar de Felhorn. De gondel bracht ons omhoog naar het bergstation en we liepen eerst een rondje om de Schlappoldsee. Afhankelijk van hoe de zon erop scheen, kwam het meer qua kleur heel anders over.
We vervolgden onze weg naar de Kanzelwand. Mooie uitzichten met weer een ander soort bergen. Vanuit het bergstation konden we de Kanzelwand al zien liggen en was de wandeling niet heel ver. Toch nog even geklommen naar het uitzichtpunt. Het zweet kwam weer los en de kuiten mochten weer werken.
Gezien de naderende regen en onweer besloten we via niet de bovenste weg terug te wandelen naar het gipfel station, maar dezelfde weg terug.
Breitachklamm en het Gemsteltal
De laatste dag gingen we dan eindelijk naar de Breitachklamm. Het zou qua weer de slechtste dag worden, maar ook dit keer viel het mee. Kloven hebben altijd iets magisch vind ik. Je loopt tussen de berg en ziet hoe het water jaren zijn werk heeft gedaan. We liepen de donkerblauwe route.
Na de kloof besloten we naar het Gemsteltal te rijden voor een laatste wandeling. Vanaf de parkeerplaats liepen we direct langs een waterstroom, altijd fijn! Gelukkig stonden er bordjes en kon dit keer niks verkeerd gaan.
Het was een prachtig groen dal met ruige bergtoppen tegen de achtergrond. Toen ik even stopte om de polaroid camera te pakken en de polaroids veilig wilde opbergen, kwamen geiten op mij af. Duidelijk gewend aan mensen en brutaal als ze waren, wilden ze met hun snuiten in mijn tas zoeken naar eten (denk ik, want wat moeten ze met mijn waterdichte jas?). Dan maar doorlopen en al lopende alles weer wegstoppen.
Na bij een hut onze laatste Almdudler te hebben gedronken, liepen we terug naar de auto. Het zat erop!
De wandelingen waren anders dan normaal, de omgeving ook, maar het was een fijne week weg. De bergfix was er 🙂
Het is goed aan te rijden voor een weekje en heeft veel afwisseling.
Zoek je meer inspiratie voor wandelingen in Duitsland? Klik dan hier voor
wandelingen in het Zwarte Woud
Dagmar Wolters, iemand die graag wat van de wereld ziet. Ik schrijf vooral over mijn beleving tijdens het reizen en deel hier mijn ervaringen met jou. De wereld ligt aan mijn voeten, loop je mee?