Jordanië is misschien niet het eerste land waar je aan denkt als je op zoek bent naar een wandelvakantie, maar dat zou weleens kunnen veranderen in de nabije toekomst. De Jordan Trail is een lange-afstandswandeling die de laatste jaren steeds meer aan populariteit wint. Of ga voor een van de vele andere prachtige kortere wandelingen die Jordanië rijk is. Ik bezocht het land en kreeg een voorproefje van wat er zoal te wandelen valt.

The Jordan Trail

Omdat deze wandeling van zo’n 675 kilometer heel het land doorkruist, wordt het ook wel een ‘thru-hike’ genoemd. En laat dat nu net mijn passie zijn! De trail staat dan ook hoog op mijn lijstje om ooit nog in zijn geheel te ondernemen. Natuurlijk kun je ook gewoon een klein deel ervan wandelen, als 40 dagen lopen niet jouw idee is van een ideale vakantie. Welk deel van de Jordan Trail kun je dan het beste lopen?

Dat hangt er helemaal vanaf wat je wilt zien, natuurlijk. In totaal is het pad verdeeld in acht secties. Het gedeelte van Dana Biosphere Reserve naar Petra (vier dagen lopen) is het meest populaire stuk, maar als je liever een wat rustiger en groener pad volgt, is Umm Qais een uitstekende plek om te beginnen. De eerste 80 kilometer is groen. Groener dan je ooit in Jordanië zou verwachten. 

Er is de laatste jaren heel veel tijd en moeite in gestoken om het pad populairder en makkelijker toegankelijk te maken voor de wandeltoeristen. We spraken met verscheidene van de initiatiefnemers en ontwikkelaars van het eerste uur, en zij hebben deze droom waarheid gemaakt met veel hard werk. De Jordan Trail Association (JTA) beheert het pad en heeft een meer dan uitstekende website met alle informatie die je nodig kunt hebben om zelf hier op avontuur te gaan.

Je kunt zelfs op pad met de gratis app die ze speciaal hebben ontwikkeld (beschikbaar voor iOS of Android: jordantrail app) of gebruik de app FarOut (Jordan Trail route: 9,99 euro). Beide wijzen je de weg als je in je eentje op pad wilt. Je kunt bijna overal gewoon wildkamperen en in de dorpjes je proviand aanvullen, of boek een kamer bij een van de lokale ‘serviceproviders’. Dit zijn vaak huizen van lokale mensen, die je met open armen zullen ontvangen en je vol zullen stoppen met heerlijk eten.

Lees hier ook deel twee van het reisverslag over mijn reis naar Jordanië

Tot nu toe zijn er al zo’n 100 serviceproviders langs de route, die je allemaal op de website kunt vinden, en de JTA is hard bezig om dit uit te breiden naar zo’n 200 in de komende twee jaar. Met je bezoek stimuleer je de lokale economie en help je de lokale inwoners aan een inkomen. Verbeterpuntje: op veel plekken ligt nog afval langs de wegen en paden. De JTA heeft de ‘Leave No Trace’ principes hoog in het vaandel staan, maar ze hebben zeker nog een lange weg te gaan. Ook hierbij kan de instroom van toeristendinars natuurlijk helpen. Een schonere omgeving betekent een aantrekkelijkere vakantiebestemming, en dus op termijn meer inkomen voor de locals.

Liever met een gids op pad?

Het is ook heel makkelijk om een hike te boeken met gids. De JTA organiseert elk jaar in het najaar een ‘supported thru-hike’, je kunt dan de hele trail of gedeeltes ervan lopen met een lokale gids, je vervoer wordt geregeld en je maaltijden en accommodaties zijn ook inbegrepen. Bovendien maken ze ook hier zoveel mogelijk gebruik van de diensten van lokale mensen, zodat de hele gemeenschap baat heeft bij de komst van de toeristen.

Een gids is erg handig om met de locals te kunnen communiceren, je wegwijs te maken in de cultuur, geschiedenis en tradities van het land, en natuurlijk gewoon om ervoor te zorgen dat je reis zo soepel mogelijk verloopt. De gidsen zijn allemaal gediplomeerd en moeten een of meerdere staatsexamens afleggen voor ze aan de slag mogen, dus je bent altijd in goede handen. Bovendien spreken de meesten prima Engels.

Geschiedenis van een thru-hike

In Rasoun logeerden we in de homestay van Issa Dweikat, een van de bestuursleden van de JTA. Ook hij nam ons mee op een wandeling over de Zubia (Birgish) trail, waar we de lokale flora en fauna konden bewonderen en genoten van ‘wilde’ thee met suiker, gekookt op een klein kampvuurtje. Die avond, onder het genot van een overvloedig avondmaal met verse vijgen uit zijn tuin als toetje, vroeg ik hem het hemd van het lijf over de Jordan Trail en de lange weg die naar de realisatie van dit pad leidde. 

Al in 2003 ontstond het eerste idee voor een lange-afstandspad dat alle highlights van Jordanië met elkaar zou verbinden. In 2005 werd een voorzichtige eerste stap gezet richting de realisatie van dit pad toen het eerste stuk van 52 kilometer geopend werd. In de voorbije jaren werd de route steeds iets verder uitgebreid, zodat er nu 675 kilometer wandelplezier beschikbaar is, van Umm Qais tot aan Aqaba bij de Rode Zee.

Onderweg doe je 75 dorpen en meer dan 20 historische locaties aan. De beste tijd om de Jordan Trail te lopen is in het voorjaar of de herfst. Tussen juni en augustus is het er simpelweg te heet. Als je in de winter wilt lopen, wees er dan op voorbereid dat het er dan flink koud kan worden, vooral ’s nachts! Ook zijn de wadi’s in de winter meestal dicht, omdat er dan gevaar is voor overstromingen (zgn.’flash floods’).

Goed nieuws: wil je de hele Jordan Trail graag meemaken, maar heb je geen tijd om alles te lopen? Voor de fietsfanaten onder ons is er ook een Jordan Bike Trail! Doorkruis het land niet te voet, maar op twee wielen.

Meer trektochten

Maar er is meer dan alleen de Jordan Trail. In het hele land lopen er nog honderden andere trails. Vaak begonnen als bergpaadjes waarover de plaatselijke mensen hun ezeltjes leidden, op zoek naar brandhout voor de winter, maar soms ook gewoon door de natuur geschapen. Een voorbeeld van een route die moeder natuur zelf in de rotsen heeft uitgesleten vind je in Wadi Hasa. Samen met gids Muhammad, die, samen met een vriend, de eerste was die ooit de hele Jordan Trail liep, trokken we twee dagen lang door dit rivierdal en kwamen niemand anders tegen. 

Voordat je de rivier bereikt, loop je een hete, stoffige weg af het dal in. Plotseling zie je onder je een dun, groen lint lopen. Je thuis voor de komende dagen. Het groen lijkt een zinsbegoocheling in het verder zo droge woestijnlandschap, maar eenmaal aangekomen bij de rivier merk je al snel dat het dat niet is. Zodra je het water inplonst en als een klein kind erin begint te spelen, is het landschap en je beleving ervan meteen totaal anders. De hele tocht blijft het water je metgezel, wat ervoor zorgt dat de wandeling aangenaam blijft, zelfs midden op de dag. Zodra het je te heet wordt, gooi je je rugzak aan de kant en duik je het water in. 

Her en der stromen warmwaterbronnen de rivier in, en de mineralen die hier in de grond en het water zitten, tekenen de mooiste patronen op de rotsen. Alsof een dure designer hier aan het werk is geweest. De hele wandeling is 28 kilometer lang, en niet technisch, dus voor alle niveaus geschikt. Je loopt de hele weg door de rivier, dus er zijn geen grote hoogteverschillen en er is ruim de tijd om vaak te pauzeren. En dat zul je nodig hebben, want het landschap is zo adembenemend mooi dat je bij elke hoek je camera tevoorschijn zult willen halen. 

We lopen door diep uitgesneden canyons, de gekleurde rotsen hoog boven ons uittorenend. Er is een overvloed aan vogels in het dal, dankzij de aanwezigheid van al dat water en de overvloedige nestmogelijkheden in de pokdalige rotsen. Tot mijn grote vreugde worden we op dag twee zelfs verblijd met een groene bijeneter die komt pronken met zijn bonte verenpak en wordt er ook nog een ijsvogeltje langs het water gespot. Hier en daar heeft de rivier een glijbaan uitgesleten in de rotsen en glijden we door het water, voortgedreven door de stroming. Als we dan daarna aan de kant onze lunchpakketjes oppeuzelen en een kopje Jordaanse thee erbij drinken, is er toch niet veel mis met het leven.

Aangekomen bij ons kampeerplekje voor de nacht, volgen we een klein stroompje omhoog een kloof in, tot we uitkomen bij een waterval. Hier spoelen we de vermoeidheid van ons af en filteren we extra water voor het avondeten en om te drinken. We hebben per persoon drie liter water meegenomen, maar die zijn al op, en hiken is dorstig werk. Uit de rugzak van Muhammad komt een onvermoed arsenaal aan bekers, borden, bestek en eten. Zonder dat we het wisten, sjouwde hij dat allemaal al de hele dag mee voor ons. We eten als koningen en kruipen moe maar voldaan onze tentjes in. De nacht is bloedheet, dus van slapen komt niet veel, maar ik vermaak me met het staren naar de sterrenhemel boven me. Een betere film bestaat er niet.

Als we op dag twee het einde van onze tocht naderen, komt het bijna als een schok als we ineens weer andere mensen zien. Een paar mannen is aan het vissen in het stroompje en groet ons vriendelijk. Maar met de mensen komt ook het afval. Ineens gaat de rivier in de laatste kilometers van een ongerept stukje natuur naar een stortplaats, en de overgang is des te heviger in contrast met wat we net hebben meegemaakt. Twee dagen lang voelde ik me als Indiana Jones die op het punt stond een verloren stad te ontdekken, en nu loop ik ineens weer tussen de plastic zakken en frisdrankblikjes.

Als we zeiknat, bezweet en onder het stof en zand weer aankomen bij onze bus, kunnen we gelukkig douchen bij Safi Kitchen in Ghawr As-Safi. Onze lunchplek en een sympathiek lokaal initiatief waar toeristen welkom zijn voor accommodatie, eten en tours. Ze werken met eerlijke prijzen voor lokaal voedsel en geven vrouwen uit de omgeving een baan waar ze zelf geld kunnen verdienen en aan hun toekomst kunnen werken. Je kunt er een kamer, fiets of gids huren, lokale specialiteiten proeven en met je uitgaven helpen om de omgeving een toekomstperspectief te bieden. Bovendien vertelt de manager ons dat ze binnenkort opruimacties willen organiseren om het afval in de rivier op te ruimen met lokale vrijwilligers, en dat nieuws alleen al zorgt ervoor dat mijn hart een sprongetje maakt.

Als we na de lunch weer in de bus stappen, onderweg naar Jordanië’s belangrijkste attractie, kijk ik nog een keertje achterom. Ik heb nu al heimwee naar die verloren vallei in de Jordaanse woestijn.

Tips voor je (wandel)reis naar Jordanië

  • Onze gids voor het eerste gedeelte van de Jordan Trail en Umm Qais/Gadara was Ahmad Alomari. Hij is opgegroeid tussen de ruïnes van Gadara en kent ze dus op zijn duimpje. Ook was hij een van de eerste initiatiefnemers van de Jordan Trail. Hij biedt ook homestays aan voor de start van de Jordan Trail. Als je er toch bent, haal dan gelijk je Jordan Trail Pass bij hem op, je stempelboekje voor de rest van de trail.
  • Onze gids voor de gehele reis was de altijd goedlachse en niet gek te krijgen (en we hebben het geprobeerd) Lama Hamdan. Haar Engels en humeur zijn allebei onberispelijk. Ze is gespecialiseerd in outdoorreizen en activiteiten, weet alles, kent iedereen en weet je bovendien de beste falafel in Amman te wijzen.
  • In het gebied rond Umm Qais kun je diverse lokale tours en ervaringen boeken via Baraka Destinations. Van tours tot lokale workshops, overnachtingen en een heerlijke lunch bij mensen thuis. Ook een prima plek om je eerste nacht te boeken voor het starten van de Jordan Trail.
  • Het is mogelijk om kampeerspullen te huren in Amman, als je geen zin hebt om alles zelf mee te slepen. Wij haalden al onze spullen bij Treks in de hoofdstad

Wil je meer tips voor je reis naar Jordanië? Lees dan ook dit reisverslag dat ik maakte voor Mountainreporters.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.