Mijn alpinetochten door Gran Paradiso en Monte Rosa
Het hooggebergte van Valle d’Aosta
Door Sietske Mensing
Als je aan Noord-Italië en bergen denkt, denk je meestal aan de Dolomieten in Zuid-Tirol. Veel minder vaak hoor je mensen over het hooggebergte van Valle d’Aosta in het uiterst noordwesten van Italië. Wij zijn hier eigenlijk ook bij toeval uitgekomen in onze zoektocht naar alpine tochten door hooggebergte. Ondanks dat het de kleinste provincie van Italië is, heeft het alles wat je hartje kan begeren, prachtige vergezichten, heerlijk eten, wijnen, cultuur en onwijs mooie bergen en natuur. Een aanrader om te ontdekken!
Valle d’Aosta
In 2016 hebben mijn vriend en ik de C1 basiscursus sneeuw & ijs gevolgd. Het doel van deze vakantie was om wat ervaring op te doen met alpine tochten onder begeleiding van een gids. Bij toeval zijn we uitgekomen bij een website van berggidsen (www.guidemonterosa.info) die tochten aanbieden door het hooggebergte van Monte Rosa in Valle d’Aosta. Zodoende gingen we twee weken richting dit relatief onbekende gebied. Het enige wat we geboekt hadden, was een vierdaagse tocht door het Monte Rosa gebergte. Omdat het om een meerdaagse tocht door het hooggebergte ging, wilden we van te voren goed acclimatiseren en wat dagtochten op hoogte maken. Het idee was om dit in het Gran Paradiso Nationaal Park te doen met als startpunt, Cogne.
Gran Paradiso National Park
Cogne is een leuk bergdorp en de weg door de vallei er naartoe is super mooi! We stonden hier op een camping achter in het dal. De eerste wandeling zijn we richting rifugio Vittorio Sella gelopen, een tocht met duizend hoogtemeters, om lekker in te wandelen zullen we maar zeggen.
In de namiddag zijn we naar het toeristenbureau gegaan om te kijken wat de mogelijkheden waren voor wandelingen hoger het park in. Toevallig had een Duitse man zich eerder al gemeld met interesse voor het beklimmen van de Gran Paradiso en als wij dit ook zouden doen, dan konden ze wel een gids regelen. Zo gezegd, zo gedaan. We zouden de gids ontmoeten in rifugio Vittorio Emanuelle II.
De volgende dag hebben we ons tentje ingepakt en zijn we naar de Valsavarenche vallei in het Gran Paradiso Park gereden. Vanuit Le Pont klom je via een mooie route omhoog naar de hut. De tocht omhoog was best heftig, buiten het feit dat we weer duizend hoogtemeters voor de boeg hadden, was het ook nog eens bloedheet! Gelukkig hadden we onderweg continue schitterend uitzicht over de bergen om ons heen en konden we boven bij de hut onze voetjes lekker afkoelen in ijskoud water.
’s Avonds ontmoeten we onze Duitse tochtgenoot en de gids Albele. Later kwamen we erachter dat Albele een lokale held is. Naast dat hij meerdere bergen van de Seven Summits zonder zuurstof heeft beklommen, had hij ook een record op zijn naam staan om rennend de Gran Paradiso omhoog en naar beneden te gaan. Ik weet niet meer precies wat de tijd was waarin hij het heeft gedaan, maar het was echt ziek hoe snel! Het trail runnen is hier erg populair, later tijdens één van de tochten kwamen we nog twee van die gekken tegen.
De rotswand in de Via ferrata gaat vrijwel recht naar beneden
Met alpine tochten gaat de wekker altijd vroeg
De wekker gaat om vier uur in de ochtend, buiten is het helder maar pik donker. Bij het ontbijt is het afgeladen vol, we zijn dus niet de enige die de Gran Paradiso gaan beklimmen.. spullen pakken en gaan met de banaan. We beginnen de route omhoog in een treintje van lichtjes.
Al snel buigen we af van de route van de andere klimmers. Je kunt vanuit de rifugio via twee routes naar te top van de Gran Paradiso, de meest gebruikelijke route en een route met Via Ferrata. Die laatste is minder druk en deze nemen wij dus. Het eerste gedeelte gaat goed, we passeren wat sneeuwvelden en binden onszelf in om de Via Ferrata in te gaan. De zon komt langzaam op en ik moet me goed concentreren op het klauteren in de Via Ferrata. Dit is maar goed ook, want de momenten dat ik even stil sta en om me heen en naar beneden kijk, gaat de rotswand steil naar beneden!
We klimmen rustig verder.. Aan het eind van de Via Ferrata blik ik terug op de klim, ‘wow’, denk ik, dat was tof maar toch eigenlijk ook een beetje eng.
Op de top van de Gran Paradiso
Bovenaan de Via Ferrata gaan de stijgijzers aan, nu is het alleen nog maar over de gletsjer omhoog. Ondanks dat de beklimming van de Gran Paradiso wordt gezien als een technisch niet al te moeilijke klim gaat het laatste stukje naar de top over een smalle rots graat. Geen goed moment om uit te glijden..
Het is erg druk bij het Madonna beeld, ik vind het geen prettig idee om te zien hoe al die mensen op een klein stuk rots bijna staan te dringen om omhoog te gaan. Wij gaan er langs, wellicht wachten we even tot het wat minder druk is. We klimmen door naar een rotsplateau en kunnen genieten van een adembenemend uitzicht! De toch wel intensieve klim omhoog was het meer dan waard, we zien in de verte zelfs de Matterhorn.. Wat een uitzicht!
Echt adembenemend mooi hoe ver je kunt kijken, overal besneeuwde toppen. En wat blijkt, dit is de echte top van de Gran Paradiso (4061 meter).
Onze eerste 4000-er in de pocket!
Onze eerste 4000-er in de pocket! Zo druk als dat het bij de Madonna was, zo rustig en stil is het hier. We genieten met zijn vieren van het uitzicht en moeten helaas op een gegeven moment weer terug naar de hut.
Monte Rosa gebergte
In Valle di Gressoney lag de volgende bestemming, namelijk Staffal. Vanuit hier begon onze vierdaagse tocht door het Monte Rosa gebergte. Rond het middaguur ontmoetten we onze gids Hervé en onze Zwitsers-Italiaanse tochtgenote. Bij het controleren van de uitrusting bleek dat we wat materiaal in de auto konden laten, zo zie je maar weer dat elke gids daar toch anders mee omgaat – het scheelt ons in ieder geval weer wat gewicht. Op naar rifugio Quintino Sella al Felik, van hieruit zouden we de tochten gaan maken.
Hervé gaf beneden bij de lift wel aan dat de tocht afhankelijk van het weer anders kon zijn dan zoals op internet beschreven. Voor ons geen probleem, dit is juist de toegevoegde waarde van een gids.
Ook hier zijn de gevolgen van opwarming van de aarde goed zichtbaar
Het eerste gedeelte omhoog legden we af met de berg lift. Hierna kwamen we meteen in geëxponeerd terrein. We stegen gestaag over de rotsen, onze tochtgenoot was een net gepensioneerde mevrouw met al heel wat ervaring, zoals ze vertelde. Echter kwamen we er al snel achter dat ze niet zo vlot was. Tijdens een pauze zaten we rustig te genieten van het uitzicht, plots leek het wel alsof er een kanonskogel afgeschoten werd zo een luide knal hoorde we! Aan de andere kant van het dal brak een groot stuk van de gletsjer af.
Hervé vertelde dat vijf jaar geleden een rots massief in het midden van twee valleien nog omringd was door twee gletsjers. Nu waren het twee losse gletsjers. Ook hier zijn de gevolgen van opwarming van de aarde goed zichtbaar. Het laatste gedeelte van de klim ging over een soort berggraat naar de hut. Het zag er erg spectaculair uit en je had ook mooi uitzicht over heel het gebied.
De hut was simpel en het eten ook. Een nadeel, de toiletten waren buiten.. als ik er vannacht nou maar niet uit moet om te plassen!
Op naar de Castor
De nacht was kort en onrustig en de wekker ging weer vroeg. Ondanks dat we al wat op hoogte waren geweest kon ik niet goed mijn slaap vatten. Na het ontbijt konden we meteen met onze stijgijzers aan beginnen op de gletsjer. De tocht verliep vandaag over de gletsjer gevold door een graat naar de Castor op 4228 meter hoogte.
Het weer was goed, strak blauwe lucht alleen het waaide wel wat. We stegen aan het begin van de gletsjer heel rustig, toch liep het niet lekker met onze tochtgenote. Al snel bleek dat ze het niet trok, je zag dat de gids in dubio zat. Gaan we terug met zijn alle of breng ik haar terug naar de hut en vervolgen we onze weg.
We waaiden bijna uit onze broek
We waren namelijk echt net onderweg.. Het zou echt een zware domper zijn als we nu al terug moesten, maar we konden haar ook niet alleen terug laten gaan. Bart en ik gaven aan wel op deze plek te willen wachten, dan kon Hervé haar terugbrengen om daarna de tocht te vervolgen. Zo gezegd zo gedaan.. tochtgenoot terug in de hut en wij weer back on track! Toen we op de graat aankwamen merkten we pas hoe hard het waaide.. nou we waaide bijna uit onze broek, zo hard waaide het! En op zo’n smalle graat is dat dan best spannend. Er was zelfs twijfel om wel door te gaan naar de top vanwege de harde wind. We proberen het gewoon en zien wel of het gaat, was het advies van Hervé.
We hebben de top bereikt! Wat een uitzicht weer. Heel lang hebben we er niet van genoten, de smalle top was niet echt de plek om te gaan chillen. Terug op een wat comfortabelere plek voor de graat uit de wind, genoten we van het uitzicht en de omgeving. Wow, hebben we net over dat padje gelopen.. Bizar! Wat een beleving en avontuur!
Change of plans
Terug in de hut, besloot de gids vanwege de weersverwachting dat we beter naar de andere kant van het dal konden voor de rest van de dagen.
Onze tochtgenoot had in het dal besloten niet verder mee te gaan met de tocht. Dan maar met zijn drieën op naar rifugio Città di Mantova. Een relatief luxe hut met uitstekend eten en het was er ook goed druk. Op dag drie stond de Balmenhorn op de planning. Een rots topje dat met een hoogte van 4167 meter uit de gletsjer omhoog steekt met erop een brons Christusbeeld. Helaas hadden we die dag niet zoveel geluk, het zat potdicht.
De kwaliteit van de gletsjer was voor begin juli erg slecht. Hervé vertelde dat de gletsjer er meestal aan het eind van de zomer zo bij ligt en niet aan het begin. De tocht naar de Balmenhorn was koud en ik snap nu wat een white out is.. Het was dan ook maar goed dat we een gids bij ons hadden, anders waren we waarschijnlijk allang omgekeerd. Het was een klein stukje klimmen naar het Christusbeeld.
Het uitzicht zou super moeten zijn, maar wij zagen vrij weinig.. Ook dat hoort er bij. Snel de hut in! Naast de top is een kleine bivak waar we even konden ‘opwarmen’ of uit de elementen waren en wat konden eten. Doordat je met gletsjertochten vroeg op pad gaat, ben je vaak ook vroeg terug. De middag hebben we gebruikt om reddingstechnieken op de gletsjer te herhalen.
De laatste tocht naar de Margherita hut
Als kers op de taart stond de laatste dag de Punta Gnifetti op de planning met een lunch in het hoogst gelegen gebouw van Europa, de Margherita hut op 4554 meter.
Aangekomen op de top waren mijn illustere woorden ‘nou dit ga ik dus ook nooit meer doen!’
Ook vandaag was het erg druk met alle teams die over de gletsjer omhoog gingen. Wij hadden weer een klim van ruim duizend hoogtemeters voor de boeg. De eerste zevenhonderd meter gingen goed, we hadden een lekker tempo omhoog.
Bij de pasovergang werd ik even stil. We hadden zicht op een soort kom waar alles wit was zover we konden kijken, de zon scheen en daar op dat moment besefte ik weer eens hoe klein en nietig wij als mens eigenlijk zijn. In de verte liep een groepje dat leken net haarspeldjes zo klein waren ze. Toch gaf de omgeving je een soort van sereen gevoel, een gevoel van rust en vrijheid, wetende in je achterhoofd dat het verraderlijk kan zijn..
Hup plaspauze voorbij en we gingen weer verder. Het laatste heuveltje omhoog was stijl en ik voelde de meters al goed in mijn benen. Ik heb gemerkt dat het niet alleen je fysieke gesteldheid is die goed moet zijn, maar het is ook een mentaal dingetje. Voetje voor voetje elke keer weer een stap zetten in een cadans die je lang vol kunt houden. Aangekomen op de top waren mijn illustere woorden ‘nou dit ga ik dus ook nooit meer doen!’.
Het was koud, het waaide hard, maar dat uitzicht..Naast de hut was een afgrond waar de wolken omhoog kwamen terwijl aan de andere kant het helder en zonnig was. De laatste klim had er echt ingehakt, ik zat er doorheen. Na echt een overheerlijke lunch (om tien uur) en nog eens een glimp van het uitzicht, was ik de pijn alweer snel vergeten. Terugkijken zou ik het zo weer doen! Misschien nog wat harder trainen van te voren voor een nog intensere belevenis, want het is echt een belevenis..
Respect voor de trailrunners
Oh ja ik vertelde dat we nog twee van die gekken tegen waren gekomen op een van de tochten. In de Margherita hut kwamen we inderdaad twee mannen tegen in korte broek, erg fanatiek want zo warm was het echt niet buiten! Later onderweg naar beneden bleek dat zij vanuit het dal (1823 meter) naar boven waren ‘gerend’, ik snap niet hoe ze überhaupt kunnen rennen met zo een stijgingspercentage. Ze vertelde tegen Hervé dat ze ook wel van het dal naar boven en weer naar beneden in iets meer dan vijf uur doen.. dat zijn dus ruim 2700 hoogtemeters omhoog en naar beneden. Respect!
Lees hier alle reisverhalen van onze reisschrijvers
Ik ben Sietske, een echte outdoorzie met een passie voor de bergen. Ik ga het liefste zo vaak mogelijk de bergen in om te hiken of huttentochten te maken. Ik wil graag zoveel mogelijk vrouwen de bergen in krijgen en ze laten zien en ervaren hoe tof deze omgeving is! Mijn passie voor de bergen deel ik graag met je via Meiden in de Bergen en de bergtochten die ik organiseer.
Dag Sietske,
Leuk artikel! Deze zomer overweeg ik om samen met mijn vriendin de Gran Paradiso of Castor hike te doen. Welke zou jij aanraden op basis van jouw ervaring? 🙂
Gr,
Pieter