Tags
Reistips Madagaskar | Bezoek Zahamena National Park
07 juni 2024
Het Zahamena National Park in Madagaskar is een van de minst bezochte parken van het land. Vorig jaar telde het park minder dan 200 bezoekers, in totaal.
Madagascar is een eiland ongeveer zo groot als Frankrijk en België bij elkaar. Het aantal reizigers stijgt na COVID weer langzaam en is nu rond de 300.000 per jaar. Er zijn een paar bekende nationale parken in het land, maar ga je naar een park daarbuiten, dan is het er meestal rustig. Het Zahamena National Park is een van de minst bezochte parken in het land.
Vorig jaar telde het park minder dan 200 bezoekers in totaal. Ter vergelijking ontvangt het Andasibe National Park, ook ten oosten van het land, juist de meeste jaarlijkse bezoekers.
Je vindt het park tussen het Alaotra-meer en de Indische Oceaan. Ongeveer 70% hiervan is beschermd en daarom gesloten voor bezoekers. Het park is verdeeld in een oostelijk gedeelte en een westelijk gedeelte, onderbroken door een corridor van dorpjes. Het kappen van hout om te verkopen als houtskool, mijnbouw, of het verbranden van stukken grond om gewassen te kunnen verbouwen, zorgen voor inkomsten voor de bewoners. Zoals je begrijpt, bedreigt dit ook het bestaan van dit bijzondere woud.
Ecotoerisme biedt mogelijkheden om mensen op andere manieren inkomsten te geven. Een bezoek aan het Zahamena Park is ook daarom écht de moeite waard. Lees hieronder over onze ervaring en de mogelijkheden voor jou om dit park te ontdekken.
De weg naar kamp Bemoara
Met een tas veel te zwaar beladen en weinig wandel ervaring, begonnen wij aan onze driedaagse wandeltocht. We vertrokken van onze zeer eenvoudige ‘chambre d’hôtes’ richting het dorp Antanandava. Vanaf daar was het ongeveer 5 km wandelen naar de ingang van het park. We liepen langs huizen en door de heuvels met uitzicht op de rijstvelden. Onze gids ‘Tina’ liet zien dat de kleur van de grond verandert naarmate je dichter bij het park komt. De kleur veranderde van donker rood naar meer mosterd geel, een teken van vruchtbare grond.
Bij de ingang van het park stond een slagboom, de pittige klim omhoog begon. Onderweg bij een uitzichtpunt aten we een broodje, we konden vanaf daar het dorp nog net zien. We hoorden de lemuren op een afstand, maar we zagen ze niet. Na de lunch liepen we langs de bekende ‘Zahamena’. ‘Zahamena’ betekent ‘Rode Boom’. De schors van de stam was net zo rood als het zand op de straten. Dit was een grote boom, hierna zagen we kleinere versies vaker in het woud verspreid.
Onderweg staken we kleine waterstroompjes over. Normaal liggen hier bruggetjes, maar omdat wij de eerste bezoekers dit jaar waren, moesten we nog over de stenen springen. De gidsen namen notities om deze zo spoedig mogelijk te repareren. Aangekomen bij het kamp, zetten we onze tent op. Het wordt hier het hele jaar door rond 18.00 uur al donker. Gelukkig hadden we nog wat tijd om in de Manambato-rivier te zwemmen.
Het toilet is een gat in de grond achter een gevlochten wandje. Op het kampvuur werd onze maaltijd klaargemaakt, rijst met groente. Heerlijk! We sliepen in ons knusse tentje met geluid van de rivier en jungle op de achtergrond.
Een bezoek aan de Andranomitsanga waterval
De volgende dag stond weer een flinke wandeling op de planning. Na het ontbijt van geroosterd brood en bananen liepen we in rustig tempo. We hadden het geluk nog de zwarte Indri Indri-lemuren te zien en te horen. Deze leven meestal in kleine groepjes, dus als je er één zag, waren er meestal nog 2-3 in de buurt. In de ochtend wanneer ze wakker worden, maken ze geluid om hun territorium aan te geven. Een luid geluid dat je tot op 2km afstand nog kunt horen.
Na ongeveer 5 kilometer wandelen door het regenwoud, kwamen we aan bij de bovenkant van de waterval. We konden met onze voeten in het water bij de rand staan. Een beetje griezelig wel, hij is ongeveer 85 meter hoog! De lunch gaf ons weer energie voor de terugweg. We zetten de vaart er in, zodat we nog even in daglicht in de rivier konden zwemmen en afkoelen.
In het donker maakten we een wandeling vlakbij ons kamp. We zagen slapende vogels op een tak, een slangetje, wandelende takken en een kikker. De lemuren zaten allemaal te ver weg om te kunnen zien. Als je in een primair regenwoud bent (waar nog de originele bomen staan), zijn de dieren minder aan mensen gewend. Ze zitten daarom vaker ver verscholen boven in de bomen.
Na weer een fijne nachtrust in ons tentje, stonden we vroeg op om weer terug naar het dorp te wandelen. De 10km liepen we nu grotendeels op ons eigen tempo verder. Ongeveer 4 uur later arriveerden we weer in het dorp. Wij gingen vanuit hier weer terug naar Andasibe met de auto.
Waarom wil je deze wandeling doen?
Het is een uniek regenwoud met een enorme biodiversiteit. Doordat het wat verder afgelegen is, is het een waar avontuur om dit park te bezoeken. Je kunt er drie dagen wandelen, maar je kunt er ook langer verblijven om echt helemaal ‘van de wereld’ te zijn! Er is hier geen bereik, omringd door het regenwoud en een rivier om in te zwemmen. Het is een soort paradijs.
Voor wie is deze wandeling?
De avonturiers die houden van overnachten in een tent in de middle of nowhere.
Mensen met een redelijke basis conditie voor het omhoog en omlaag wandelen
Als je je bagage lichter kunt inpakken dan wij (iedereen dus 😉 )
Als je een eigen tentje, luchtbed en slaapzak hebt.
Basic sanitair is voor jou geen probleem.
Voor de regenwoud liefhebbers
Wat kun je hier nog meer doen?
Je kunt dus in 5-6 dagen van Anandava naar Mahambo lopen. Je loopt dan niet alleen door het regenwoud, maar ook door kleine dorpjes die in de corridor gevestigd zijn. De overnachtingen zullen dan afwisselend in een tent of in een eenvoudige accommodatie zijn.
Als je vanaf Antananarivo naar Antanandava reist, kom je onder anderen langs Ambatondrazaka. Vanaf hier reis je in een uurtje naar het grootste meer van Madagascar: Lac Alaotra. Hier kun je in een uitgeholde boomstam het water op om de bijzondere Bandro Lemur te spotten. Deze leeft alleen in het wild op deze plek en is de enige lemur die kan zwemmen (side note, hij houdt er niet van, dus dit zul je waarschijnlijk niet zien).
Hoe kom je hier?
Vanaf Antananarivo is het ongeveer 350 km. Je reist er in ongeveer twee dagen naartoe. De weg tot aan Ambatondrazaka is best wel goed.
Vanaf daar tot aan Antanandava is het een hobbelige zandweg. De stop bij Lac Alaotra is écht een aanrader.
Aviadi Travels heeft dit avontuur voor jou uitgeprobeerd. Jij kunt deze route door ons laten organiseren. Tips en advies delen we graag met avontuurlijke reizigers!
LEES OOK DEZE ARTIKELEN VAN ONZE PARTNERS
Ik ben Marjon. In 2018 ben ik naar Madagascar verhuisd om daar voor een touroperator te werken. Hier heb ik super veel geleerd over hoe je kunt uitvinden wat iemand graag wilt doen op reis, en hoe je deze wensen kunt waarmaken. Nu terug in Nederland doe ik met Aviadi Travels graag iets terug voor het land dat zo goed voor mij is geweest.