Flip Filz Overdenkt | De ziel van Leipzig
Leipzig
Een verhaal van Flip Filz
Een Oost-Duitse maagd kan harder lopen dan d’r vader of d’r broer. Dat soort foute grappen van voor de val van de muur deden de ronde. Dat het westen zich comfortabel hoopt te kunnen voelen bij een superioriteitsgevoel duidt op een diepgewortelde angst dat die positie op drijfzand is gebouwd. Zie ook de laatste ontwikkelingen in Afghanistan, waar miljarden dollars zijn uitgegeven vanuit dat sentiment.
Ondertussen reden wij per trein naar Leipzig, vooral vanuit de gedachte dat je wel een beetje gek moet zijn om je zo aan de willekeur van je bestemming over te geven. Maar bestemming is niet alleen plaats van aankomst, er zit ook een meant-to-be in opgesloten. Het moest zo zijn. Als de wegen van de Heer al ondoorgrondelijk zijn, de mijne zijn nog veel ondoorgrondelijker.
We waren vreemden
We waren vreemden, al vielen we niet op in het straatbeeld. Dat zou anders zijn geweest als we zwart waren. Brede straten in de buitenwijken, die kennelijk door de geallieerde bommenwerpers over het hoofd waren gezien, stonden vol met grote, statige huizen, waar alleen de stilte in leek te wonen.
In sommige wijken stonden er veel leeg. Nog niet genoeg verkrot op tot ruïne verklaard te worden, maar goed op weg. Op het centrale plein werd elke avond een concert gegeven door popgroepen die beter waren dan het publiek, de sfeer was gemoedelijk.
Wij besloten op zoek naar de ziel van de stad, en bezochten als eerste het Museum op de Ronde Hoek. Nog voordat ik het thema kende was ik door de naam meteen verkocht. Het bleek gewijd aan de voormalige Stasi. Dit voormalige hoofdkwartier was nu een klein museum, dat na de omwenteling door de lokale bevolking gered was van vernietiging.
Het lichtte een tipje van de sluier op over de overweldigende bureaucratie die samen had gehangen met de onderdrukking. Een tempel van paranoia. Het elkaar bespioneren, verklikken en zonder proces opbergen was grotesk. Het leidde tot het ontwikkelen van de geluidloze spiegelreflexcamera verstopt in de nep-buik van een wegwerker. (What’s in a name.) Eindeloze rijen dossiers, en binnen de dienst zelf de ontwikkeling van hele series rangordes, met bijbehorende petten, uniformen, speldjes en insignes en andere parafernalia.
Een tempel van paranoia. Het elkaar bespioneren, verklikken en zonder proces opbergen was grotesk
Maar het mooiste was de versleten vloerbedekking van een groezelig soort zeil, dat het verhaal vertelde van de honderden ambtenaren die hier dagelijks mee hadden geholpen aan…. Ja aan wat eigenlijk. Vanuit hun eigen perspectief waarschijnlijk hadden meegeholpen aan het kunnen betalen van hun eigen huur, ten kostte van iemand anders. Elke ideologie is gestoeld op eigenbelang.
Tijdsbeelden
Zo liepen verschillende tijdsbeelden door elkaar heen. De statige geschiedenis van wat ooit een belangrijke handelsstad was, de tweede wereldoorlog, en het ontluikende kapitalisme, dat ik zag toen we fietsen gingen huren. Net buiten het centrum vonden we een zaak die kano’s en fietsen verhuurde. Met zo’n kano kon je een beetje rondpeddelen door de plaatselijke kanalen.
De fietsverhuur leek bijzaak. Maar er stond een lange rij voor de kassa, en het geheel bestond uit niet meer dan een paar zeecontainers, een soort terrasje met wat parasols en een stuk of wat studenten die duidelijk onder de middelen zaten. We hadden van tevoren met enige moeite ons door de app heengeworsteld en konden de fietsen zonder legitimatie of borg meenemen. Dat wat eigenlijk normaal was, werd via de omweg van de verbazing dat opnieuw.
De ziel van de stad
De ziel van de stad hebben we uiteindelijk toch gevonden. In de dierentuin. De oudste dierentuin van heel Europa, geloof ik, als ik de toelichting goed heb gelezen. Het was een hete dag, de smalle paden tussen de hokken waren volgestroomd met Leipzigers die er een dagje uit van maakten. We worstelden ons eerst naar een eet-en-drink gelegenheid om wat bij te komen, die gesloten bleek wegens onopgehelderde redenen.
Mijn vrouw zei hier lekt geld weg, en ik zei dat ik een echo zag van het communistische arbeids-ethos: doe jij alsof je werkt, dan doe ik alsof ik je betaal. Nog verder het labyrint in konden we neerploffen. En ik besloot om in de schaduw maar wat te gaan lezen, mijn vrouw zette de ontdekkingsreis voort, om een uurtje later terug te keren met de mededeling dat ze geen dier had kunnen ontdekken.
Alles wat nog kon bewegen had zich teruggetrokken in nachthokken, zich verstopt achter betonnen ‘rotsformaties’ (Ja, laat aan de Duitsers maar bunkers bouwen over, dacht ik) of was voor de zekerheid alvast uitgestorven. Nog weer later worstelden we ons naar de uitgang, en we zagen de glimp van een lama. Toch nog geslaagd.
Zoals zo vaak probeer ik alles te begrijpen, zonder daar erg veel verder in te komen. Ik vatte het plan op om bij elke reis niet meer zoveel omhoog te kijken. Tenslotte geven de putdeksels meer geheimen prijs dan de hemel.
Lees hier meer overdenkingen van Flip Filz
Flip Filz (1956) Reiziger. Ongedurig , wankelmoedig. En acteur, schrijver, manusje van alles of niks. Om bij het reizen stil te staan, op een ouwe BMW, op zoek naar de keerzijde van het spectaculaire, de verhalen, de wrede schoonheid van het toeval.