Wandelen in het Ötztal | Reisverslag van de mooiste bergwandelingen
Na ruim een jaar niet in het buitenland geweest te zijn, mag en kan het nu weer. Mijn twee oudste kinderen hebben het op vakantie gaan naar het buitenland net zo gemist als ikzelf. Wij zijn in tegenstelling tot de rest van ons gezin nog een week vrij aan het einde van de zomervakantie en hebben wel zin in een wandelavontuur buiten de Nederlandse grenzen. Wij gaan wandelen in het Ötztal in Oostenrijk!
Wandelvakantie in het Ötztal
Twintig jaar geleden ben ik al eens in het Ötztal geweest, ik ben wel benieuwd of er veel veranderd is. Vanuit een appartement in Burgenstein, op 1600 meter hoogte gaan we dagtripjes ondernemen. Het schitterende uitzicht op het Ötztal en de omliggende bergen belooft veel goeds.
Bergwandeling 1: naar de Wetterkreuzkogel en de Rosskopf bij Oetz
We starten onze wandelvakantie meteen met een wandeling vanuit Oetz, we gebruiken de Summercard die bij de prijs van ons vakantiehuis is inbegrepen om met de Acherkogelbahn omhoog te gaan. Het is half augustus en het weer is zoals het de hele zomer al is, niet echt fantastisch. Het is half bewolkt en in het dal 20 graden. Door de wolken heen komen we bij het bergstation op 2014 meter hoogte. Hier is een klein meertje en hier omheen zijn diverse speeltoestellen voor kinderen. Zelfs bij mijn pubers vallen ze nog in de smaak.
Om het meertje zijn aan alle kanten ligbanken geplaatst, met een schitterend uitzicht op de bergen en het dal. De wolken lossen af en toe op en gunnen ons een blik op het Inntal en het Ötztal. We blijven niet te lang op de ligbanken hangen: ons doel van vandaag is de Wetterkreuzkogel op 2591 meter. Vanaf het bergstation zien we bovenop de rotsige top het kruis staan, het belooft een stevig klim te worden.
Het eerste stuk vanaf het bergstation gaat over een breed bergpad naar de Bielefelder hutte, we lopen over een alm met grazende koeien en het enige dat we horen is het geklingel van de koeienbellen. Wat is het toch heerlijk om weer in het buitenland te zijn! De klim naar de Bielfelder hutte is steil, en dat op de eerste dag. We weten gelijk dat we in de bergen zijn. Aangekomen bij de hut blijkt deze gesloten. Helaas, maar we houden toch even pauze om op adem te komen op het terras.
Afhankelijk van het weer
Na de hut gaat het brede pad over in een smal steil bergpad. Ondertussen wordt de bewolking steeds dichter en lopen we steeds meer in de wolken en zien soms zelfs het pad niet meer goed. Dit is ook bergwandelen; door veranderende omstandigheden moet je je plannen soms bijstellen. Teleurgesteld doen wij dat, de Wetterkreuzkogel beklimmen gaat niet lukken en we kiezen voor de lager en dichterbij gelegen Rosskopf. Op het steile pad is het erg druk met andere wandelaars die bijna allemaal weer naar beneden gaan. We zijn niet de enigen die een verstandige keuze maken.
Na een pittige klim staan we dan rond het middaguur op de top van de Rosskopf op 2399 meter in de wolken. Als we bij het kruis wat gedronken en gefotografeerd hebben trekken de wolken in een keer weg en worden we getrakteerd op een prachtig uitzicht. We genieten hier een tijd van voor we dezelfde weg terugnemen.
Bergwandeling 2 in het Ötztal: Obergurgl- Hohe Mut- Rotmoosferner
Onze tweede tocht begint in Obergurgl. Dit plaatsje ligt helemaal aan het einde van het Ötztal. We parkeren de auto in de ondergrondse parkeergarage dichtbij de kabelbaan die ons naar de Hohe Mut zal brengen. Het is erg rustig in het plaatsje, ook al is het nog zomervakantie. Nu is het vandaag ook geen mooi weer, het is zwaar bewolkt en de bewolking hangt laag. We kunnen vanuit het plaatsje geen bergtop zien en het is ronduit koud. We besluiten toch maar omhoog te gaan met de gondel. Vanaf het middenstation wordt het zicht steeds slechter. Je ziet geen hand voor ogen meer, er hangt dichte mist.
Op de Hohe Mut aangekomen, 2659 meter hoogte besluiten we om toch maar richting de Rotmoosferner te gaan lopen. We lopen een uur over een bergkam en zien niets in de mist. Op het moment dat we stoppen voor een kleine pauze, en om te overleggen of we het zinvol vinden om door te lopen, schreeuwt mijn zoon: ‘SNEEUW!’. En ja, als we heel goed turen zien we inderdaad contouren van sneeuw tussen de mistflarden door. We lopen door, het pad is inmiddels een smal paadje geworden, dat tegen de berghelling zit aangeplakt.
Gletsers en puin
De bewolking begint op te lossen en we zien ook dat het een behoorlijke diepe afgrond is naast ons. En dan zien we aan het eind van het dal recht voor ons de Rossmoosferner. Prachtig zoals hij daar ligt aan het eind van het dal. Wat moet deze gletsjer er vroeger imposant hebben uitgezien, toen de gletsjers nog niet zo wegsmolten als tegenwoordig. Het laatste stuk naar de kam voor de gletsjer gaat over steen, puin en grote rotsen. We zien allerlei mooie bloempjes die tussen de stenen groeien. Verder alleen stenen, rotsen, sneeuw en ijs.
Op de kam is ook een stempelpost, vanaf hier kun je besluiten om af te dalen door het Rotmoostal en terug te lopen naar het middenstation van de kabelbaan, of dezelfde weg terug te nemen. Wij besluiten om dezelfde weg terug te lopen. Op de terugweg wordt onze aandacht gewekt door een hoog gefluit. Na wat speurwerk zien we een tiental meters beneden ons vier murmeltieren. We maken foto’s en staan een tijdje te kijken naar deze grappige bergmarmotten.
Dan lopen we het laatste stuk naar de Hohe Mut. Net voordat we bij de kabelbaan zijn begint het een beetje te regenen en trekken de wolken weer voor de Rotmossferner. Wat hebben we een geluk gehad dat we de gletsjer toch nog zo mooi hebben kunnen zien. In de kabelbaan gaan we wederom de wolken in, maar in het dal aangekomen schijnt de zon. Wat is het toch een heerlijk afwisselend weer in de bergen, het is continu een verassing.
Bergwandeling 3: Wildes Mannle in het Ötztal
Vandaag staat er een heuse beklimming van een drieduizender op het programma. We rijden met de auto naar Vent en parkeren de auto voor 5 euro een hele dag in een weiland bij de ingang van het dorp. Het is een mooie stralende dag, wel is het behoorlijk fris voor in de zomer, maar het voordeel is dat het nu erg helder is. Vent is een echt Tiroler dorp dat op een hoogte van 1900 meter ligt. Het plaatsje wordt gedomineerd door de Wildspitze, een 3774 hoge berg die vanaf elke plek in Vent te zien. Deze berg is voor ons nog wat te hoog gegrepen.
We nemen de dubbele stoeltjeslift naar de Stablein Alm op 2354 meter. Hier stappen we over in de 6 persoonsstoeltjes lift die ons naar het bergstation Wildes Mannle op 2646 meter brengt. Vanaf dit bergstation hebben we een prachtig uitzicht op talrijke bergen en gletsjers. En we zien het kruis op de top van de Wildes Mannle. Het is zo te zien een flink stuk klimmen, maar de top ziet er een beetje afgeplat uit, dus wij denken dat het goed te doen moet zijn.
Klimmen en kabels
Vanaf het bergstation gaat er een smal paadje door het gras. Dit slingert omhoog en al snel laten we het grasland achter ons en lopen we tussen de stenen en rotsen. Het paadje wordt steeds smaller en steiler. Het is nu geen wandelen meer maar meer klimmen. Gelukkig is er ook een stuk met kabels.Het is erg steil en smal, je moet niet bang uitgevallen zijn of hoogtevrees hebben. De route is ook eenrichtingverkeer, en dat is maar goed ook.
Na ongeveer 1.5 uur klimmen staan we dan op de top van de Wildes Mannle op 3019 meter hoogte. Het uitzicht is prachtig, met onder meer zicht op de Rofenkarferner en de nog 700 meter hoge Wild Spitze. Na een kleine pauze op de top beginnen we aan de afdaling, de afdaling is nog steiler dan de beklimming.Gelukkig is er op het steilste stuk een kabel bevestigd, zodat je toch houvast hebt. Hierna komen we op een berggraat van morenen. Beneden stroomt een gletsjerbeek en hier weer boven ligt de Breslauer Hutte.
Gieren in het wild
Aan het eind van de berggraat heb je de keuze om linksaf via de almen naar het bergstation of het middenstation te lopen. Of je gaat rechtsaf naar de Breslauerhutte en dan naar een van de stations van de stoeltjeslift. Wij gaan linksaf. Net na het nemen van deze splitsing valt ons oog op twee supergrote roofvogels die vrij dicht boven ons cirkelen. Als ik goed kijk zie ik dat het lammergieren zijn. Hoe gaaf is dit?! De gieren laten zich goed fotograferen. Er blijken ongeveer 170 gieren in de hele alpen voor te komen. Super dat wij deze twee prachtige exemplaren mochten zien.
We nemen met een moe maar meer dan voldaan gevoel de stoeltjeslift weer naar het dal. Bij restaurant Post genieten we van een diner, de berglucht maakt hongerig. We kijken terug op een aantal prachtige bergwandelingen in het Ötztal. We gaan hier vast nog eens terugkomen, de wandelmogelijkheden zijn ongekend.
Praktische informatie en tips voor een (wandel)vakantie in het Ötztal
- Het Ötztal ligt in de deelstaat Tirol op ruim 800 kilometer vanaf Arnhem. Het dal heeft een lengte van 65 kilometer. Daarmee is het meteen het langste zijdal van het Inndal. Er liggen acht dorpen in het Ötztal die allemaal worden omringd door bergen van ruim 3000 meter hoogte.Voor een sportieve of actieve vakantie ben je in het Ötztal op de juiste plek.
- Als wandelaar kun je hier je hart ophalen, er liggen ruim 1600 kilometer aan bewegwijzerde paden en routes. Van makkelijke routes in het dal tot uitdagende alpinetochten. Honderd hutten en almen en maar liefst 1600 bankjes om uit te rusten tijdens de wandelingen en gelijk te kunnen genieten van de prachtige vergezichten.
- De Summercard geeft je de mogelijkheid om dagelijks kosteloos 12 kabelbanen te gebruiken, zwembaden en nog veel meer te bezoeken. Je kunt deze kaart aanschaffen voor 3, 7 of 10 dagen.Ook zijn er 300 partneraccommodaties waarbij je de kaart gratis krijgt als je deze boekt. Meer info over de summer card is te vinden op de website van het otztal.
- Enkele bezienswaardigheden: Stubbenfall in Umhausen hoogste waterval van Tirol 159 meter maar liefst. Er loopt een padenstelsel met 700 treden en een 80 meter lange hangbrug en meerdere uitwijkplatforms langs de waterval omhoog.Via deze route kun je de waterval op verschillende plekken goed bekijken.
- Ook de hangbrug Langenfeld is de moeite van het bezoeken waard. Deze hangbrug verbind de dorpen Brand en Burgstein met elkaar, de brug is 83 meter lang en 220 meter hoog, vanaf de brug heb je een prachtig uitzicht.
Elke dag ben ik buiten te vinden. Om de natuur dichtbij huis te beleven en ook vast te leggen in beeld. Iedere vakantie doe ik hetzelfde in het buitenland. Het weekend is voor mij pas compleet met een mooie wandeling of hike. Weer of geen weer.