KLIMTIPS: Hoe ook jij over je angst voor het vallen heen komt!
KLIMTIPS: Hoe ook jij over je angst voor het vallen heen komt!
Door Lorenzo van Dee
Motivatie om hard te kunnen klimmen is ontzettend belangrijk voor ons klimmers. Het zorgt er voor dat wij buiten onze comfortzone kunnen presteren. Angst kan deze motivatie ontzettend in de weg zitten. Angst voor het vallen in dit geval kan een behoorlijke blokkade zijn in jouw klimcarrière. Wees gerust, je bent niet alleen. Talloze andere klimmers hebben of hadden deze angst. Sommige laten dat meer zien dan andere.
Is er dan ooit over deze angst heen te komen en wat moet je hiervoor doen? Het antwoord is tweeledig: ja en nee. Elke keer als jij uit je comfortzone stapt zal dat stemmetje achter in je hoofd harder gaan schreeuwen. Dermate jij dit meer zal ervaren zal dat stemmetje steeds zachter gaan schreeuwen en raak je gewend aan het gevoel van vallen. Het stemmetje zal echter in de meeste gevallen nooit volledig stil zijn. En dat is maar goed ook. Je blijft hierdoor alert op je eigen veiligheid tijdens het klimmen. Haal het positieve uit het negatieve zeggen we dan.
Hieronder lees je de teksten van een aantal mensen die tegen hetzelfde aanliepen zoals dat jij nu doet. Zij vertellen hun verhaal en wat ze hebben gedaan om hier zelf overheen te komen.
Roeland van Oss – UIAGM berggids/sport/trad/alpiene/ijsklimmer
Als berggids klim ik veel voor mijn beroep, maar ook ik had in mijn beginjaren veel last van val angst. Ook na mijn alpiene val in 2016 (ik viel 50m op een noordwand in Nepal, op 6200m hoogte) had ik een periode met veel angst. Nu heb ik er nauwelijks last meer van: op een goede dag vergeet ik soms wel eens haken in te klippen omdat ik zo gefocust ben op de rots. Waar heb ik veel van geleerd?
Veel doen! Dit klinkt als een dooddoener, maar als je 5 dagen per jaar klimt en/of 5 keer per jaar valt dan kom je er nooit overheen. Dave MacLeod verteld ons hetzelfde in zijn boek ‘9 Out Of 10 Climbers Make The Same Mistakes’. Niet 5 keer per jaar vallen, maar 100 keer.
Daarnaast is de opbouw van val training vaak niet goed: als ik mensen in de hal meteen uit een wand zie springen, dan werkt dat misschien voor hun, maar veel mensen blokkeren dan juist. Begin langzaam, bijvoorbeeld door snel iemand stukjes te laten zakken bij het afdalen; door onder de haak/toprope ook vaak uit de wand te springen; door in een overhang met grote grepen jezelf te laten vallen.Je kan jezelf niet iets tegennatuurlijks aanleren, zonder het heel veel te doen. Oefenen dus!
Peter van de Put – sport/trad/alpiene/ijs klimmer
Heel erg angstig ben ik nooit geweest, sowieso niet als ik toprope gezekerd ben. Voorklimmen voelde in het begin natuurlijk wat spannender aan maar ik merkte dat die spanning mij extra focus bracht. Trad of alpiene routes zijn weer de overtreffende trap waarbij er soms simpelweg geen bescherming mogelijk is. Daar heb ik geleerd om kalm en gefocust te blijven.
Juist als je al iets te lang geen bescherming hebt kunnen plaatsen. Ik vergelijk het vaak met autorijden. Als ik heel rustig rijd ben ik vaak minder gefocust en word ik vaker verrast. Echter, ik woon vlakbij de Duitse grens waarbij ik dus legaal het gaspedaal iets verder mag intrappen. Ik merk dat als ik dan hard rijd, ik ook veel meer gefocust ben omdat ik weet dat er niks fout mag gaan. Zo werkt dat voor mij ook op klimroutes waarbij ik weet dat ik niet moet vallen.
Marianne van der Steen – sport/trad/alpiene/ijsklimster van hoog niveau
“Oké, valangst. Dat is per cultuur en land verschillend, per klim groep, per klimhal anders. Maar het bestaat, dat is een feit. Waarom het er is, zonder dat ik het direct wetenschappelijk kan bewijzen (ik zou een literatuur onderzoek moeten doen om mijn vermoeden en ervaring te kunnen bewijzen en gronden) zal ik een aantal elementen proberen uit te lichten. Ten eerste een stukje geschiedenis. In Nederland begon sportklimmen buiten. Je ging naar de “oefenrotsen” in België.
Om daar te oefenen voor echter (alpine) werk. Maar ja, die bergen waren ver weg en die oefenrotsen waren ook niet echt om de hoek. Dus begon men net als op andere plekken in de wereld ‘oefen wanden’ te maken. Constructies in loodsen en andere plekken die nog niet echt aantrekkelijk waren en lekken op een soort knutsel boulderwanden met een touw er boven. Ja. Touw aan de top. Wand die wanden zelf waren niet stevig genoeg om veilig een haak in te kunnen zetten. En dat bleef heel lang het geval.
Daarnaast was klimmateriaal in Nederland duur en schaars dus werd er in de eerste commerciële klimhallen meteen toprope aangeboden. Sterker, men ging er vanuit dat het zelf kunnen leggen van een acht-knoop niet behoorde tot de skill-set van de beginnende Nederlandse klimmers. Dus werd er indirect ingebonden. Die zaken zijn blijven hangen en zo ontwikkelde het Nederlandse klimmen. Die vorm van klimmen heeft qua bewegingen op de wand natuurlijk het voordeel dat je volledig gefocust kan zijn op die ene moeilijke pas. Als je valt en een beetje strak gezekerd wordt ga je nergens heen.
De stap naar buiten is dan gigantisch. De technieken en skills die je vervolgens moet leren zijn zo verschillend van die Nederlandse toprope-indirect-inbinden-basis…
Dan even een zijstapje. Angst om te vallen is super. Als het goed is heb je dat. Wanneer je geen angst hebt om te vallen is er waarschijnlijk iets mis in je hersenen. Die angst ontwikkel je als kind, dat is waarom je een twee jarig kind niet alleen boven aan de trap moet laten spelen, want jonge kinderen hebben dat stukje hersenen nog niet goed ontwikkeld. Dus kruipen zo head first de trap af…
Als ouder zorgen we instinctief dat ons kind dat niet overkomt. Wij hebben dat stukje dus wel. Dat zorgt er voor dat wij niet op 18 meter hoog de ramen gaan wassen, maar daar liever iemand voor inhuren die wel weet hoe dat veilig kan. Nu moeten we, en dat is het volgende, als volwassene (want in Nederland zijn we vaak voorbij de leer-leeftijd wanneer we beginnen met klimmen) opeens leren dat zo’n dun lijntje (ons klimtouw) goed genoeg is om aan te hangen.
Onze hersenen zeggen dan “ja, maar, ja, Ho, wacht even, ik heb echt heel vaak iets dat net zo dun is gewoon kapot zien gaan” Er ontstaat een kortsluiting waarin we onze geleerde werkelijkheid niet meer kunnen combineren met de nieuwe realiteit. En dat: dat is val angst. Je hebt ook faal angst, niet bang zijn om te vallen, niet het gevoel hebben dat je dood kan gaan als je los laat, maar niet willen los laten omdat je dan je klimroute niet gehaald hebt. Dat ligt dicht bij elkaar maar heeft een andere approach nodig om te veranderen.
Nu komt er bij al die technieken ook nog eens dat we altijd werken met instructeurs. Die kunnen wel lesgeven maar zijn geen psycholoog. Of, doordat ze zelf niet boven de stof staan en zijn ze zelf ook nog bang om te vallen. Dat breng je als instructeur onbewust over op je deelnemers.
Door onze geschiedenis in Nederland waar we op latere leeftijd leren klimmen in een omgeving die niks met buiten klimmen meer van doen heeft hebben de meeste mensen vooral last van voorklimangst. Bang om voor te klimmen en daarbij te vallen.
En op het gemiddelde Nederlandse voorklim niveau is dat ook wat spannender: op een liggende wand val je niet zo fijn. Nou, zie daar dan maar overheen te komen. Om dat element nou juist te oefenen kan je het spelletje “los” doen. Dit is niet alleen voor jou als klimmer een goede oefening maar absoluut ook goed voor de zekeraar. Alle verschillende soorten vallen kunnen houden op de juiste manier is gewoon super belangrijk en daarnaast krijg je beiden een inzicht in wanneer vallen oké is en wat er dan gebeurt.
Om dat element nou juist te oefenen kan je het spelletje “los” doen
Je leert je zekeraar extra goed op je te letten en zelf wordt je nog meer bewust van je klim-omgeving en alle elementen die naast de klim bewegingen zelf bij de sport horen. Het spel Los gaat als volgt! Je klimt, hebt een zekeraar de je vertrouwt of zelfs een back-up zekeraar. (Dit spel kan je op zowel toprope als voorklimmen oefenen) De zekeraar roept op een gegeven moment, wanneer het veilig is om te vallen, LOS! Dan mag je geen pas meer maken. Geen voet terug, geen hand verder. Je moet dan loslaten.
Ga nou niet springen of jezelf uit de wand duwen. Want dan wordt je een soort sloopkogel: hoe verder je van de wand af gaat in je val, hoe harder je weer terug komt. Zo leer je dat je op elk moment kan vallen, mag vallen en wat er gebeurt in een val. Tegelijk leert je zekeraar hoe je een val moet houden.
Collin van Almkerk – sport/trad/alpiene/ijsklimmer
In het begin van mijn klimcarrière heb ik behoorlijk veel last gehad van valangst. Het speelde voornamelijk bij het voor klimmen. Dat is heel normaal en ook goed om te hebben, het houd je alert. Om van de angst af te komen ben ik vooral met een vertrouwde partner gaan oefenen op vallen. Boven het setje klimmen en je laten vallen. Je begint op het setje en werk jezelf zo steeds een klein stukje hoger tot je een flinke val maakt.
Wat voor mij ook hielp is het buiten oefenen op niveau ver onder mijn klimhal niveau. Blijf hier lekker op klimmen en je zal binnen no time comfortabel uitkomen op je huidige niveau. Trad is dan weer anders, daar ben ik voor naar de Etteringen gegaan. Hier heb je “hybride routes” waar je eigen bescherming kan plaatsen terwijl je jezelf ook beveiligd in ankers in de muur. Zo kan je zonder gigantisch risico vallen op je eigen gear. Zodra je ziet dat je gear je houdt zal ook dat beter gaan.
Rik van Odenhoven – Coach/sport/trad/alpiene klimmer
Toen ik begon met buiten voorklimmen, vond ik het bijzonder spannend om boven mijn laatste haak uit te klimmen. Ik had nog beperkte ervaring in echte rots en vertrouwde mijn voeten niet. Zelfs als deze op een mega greep stonden.
Mijn manier om over deze angst heen te komen is eerst beoordelen of ik bang ben omdat er een echt gevaar dreigt of dat het gevaar alleen in mijn hoofd zit. Als het tweede geldt, wat meestal het geval is bij sportklimmen, dan neem ik een paar keer goed adem, praat mezelf moed in en klim door. In de meeste gevallen gaat dit goed. Als het goed gaat bevestig je aan jezelf dat je sterk, competent of goed genoeg bent. Deze positieve ervaringen met doorklimmen ondanks je angst stapelen zich op. Van lieverlee krijg je steeds meer vertrouwen in jezelf. Doe dit vaak genoeg en je bent bijna nooit meer bang.
Dit heeft ook een keerzijde. Als je een beetje geschrokken bent van een val en gaat daardoor de volgende keer de uitdaging uit de weg, dan bevestig je aan jezelf dat je het niet kunt (en ook niet durft te proberen). Ook deze ervaringen stapelen zich op en op een gegeven moment durf je niks meer. Mijn advies is om de slechte ervaring niet te laten sudderen en je uitdaging direct weer te confronteren. Mocht je dan nog een keer vallen dan weet je in ieder geval dat je klimniveau de beperkende factor was en niet je angst.
Conclusie
Zoals je ziet ben jij niet de enige die hier mee te maken hebt. Hopelijk heb je wat aan de tips van deze ervaren klimmers. Nu nog even de quarantaine uitzitten en dan lekker naar buiten!
Kriebelt het toch te erg? Bekijk dan zeker onze artikelen waarbij wij elke week op zaterdag gedurende de pandemie drie outdoor films delen om jouw verlangen naar de bergen te stillen! Heb jij nou naar aanleiding van dit artikel ook wat tips voor je mede klimmers laat het dan zeker weten op onze Facebookpagina of onder dit artikel.
Lorenzo is een gedreven alpinist en berg fanatiekeling. Graag maakt hij mensen enthousiast over de bergen en wilt hij mensen zoveel mogelijk leren.
Hij neemt je mee op zijn avonturen en gaat je nieuwe technieken laten zien. Ook is hij een flinke “gear geek” en dat zal je zien in zijn artikelen op mountainreporters. Zijn doel is om jou zoveel mogelijk te kunnen laten genieten van de bergen en je mee te nemen in de rust die hij zelf voelt op zijn beklimmingen