Bergans of Norway

Onze reizen zijn mede mogelijk gemaakt door Bergans of Norway

Ik sta op het houten dek voor de Mullerhütte, gelegen aan de rand van de Stubaier Alpen. Achter me ligt de hut er nog slaperig bij, alleen in de keuken brand licht, waar Heidi al druk bezig is met voorbereidingen voor het ontbijt. De hut bevindt zich net aan de Italiaanse kant van de graat die van de Wilder Pfaff naar de Wilder Freiger loopt. Een baken van licht en warmte in een zee van ijs en graniet. In alle vroegte geniet ik van de immense stilte, stilte die ik alleen in de bergen lijk te kunnen vinden.

Voor me strekt de gletsjer zich uit. Het is augustus en het grootste deel van de sneeuw is al gesmolten waardoor het grijze ijs en de grillige gletsjerspleten goed zichtbaar zijn. Voorbij de gletsjer doemen de bergtoppen van de Italiaanse Dolomieten op. De zon staat nog achter de bergen en werpt een oranje gloed over de kartelige bergtoppen. Ze zien er scherp uit, als een onregelmatig steakmes.

Er loopt een rilling over mijn rug en ik kruip dieper weg in mijn donsjas. De Mullerhütte ligt op 3145 meter hoogte en zo vroeg in de ochtend ligt de temperatuur nog onder het vriespunt. Toch blijf ik staan en laat de stilte op me inwerken. De zon kruipt langzaam omhoog en werpt haar eerste stralen op de Sonklarspitze, de berg die we later deze ochtend zullen beklimmen. De laatste dag van de NKBV-C2 cursus in de Stubaier Alpen is alweer aangebroken. Zes dagen waarin we veel mooie tochten maakten, toppen hebben beklommen en vooral heel veel geleerd hebben over tochtenplanning, gletsjers en touwtechnieken.

Zes dagen eerder

De week begon in Sölden, het sportieve hart van de Stubaier Alpen. Samen met mijn twee pas ontmoette reisgenoten, Iris en Rusne, loop ik om acht uur in de ochtend naar het postkantoor waar we de gids zullen ontmoeten. Op het muurtje voor het kantoor treffen we Thomas aan, een vrolijke Oostenrijker van middelbare leeftijd. Zijn donkere krullen pieken onder zijn muts vandaan en zijn pretoogjes beginnen te glimmen als hij ziet dat zijn groep cursisten bestaat uit drie meiden van midden twintig.

‘Drie meiden?! Dat is me nog nooit gebeurd!’ Roept hij verrukt uit. Hij is duidelijk enthousiast en vertelt onderweg aan iedereen die het horen wil wat voor mazzel hij heeft met zijn groepje. Gedurende de week probeert hij ons wijs te maken dat het gebruikelijk is om elkaar te zoenen op elke bergtop, en doet hij zij best ons te overtuigen dat schnaps zeer goed zijn voor de gezondheid.

Het doel van de eerste dag is de Hildesheimer Hütte. Een gezellige hut van de Deutsche Alpenverein die zich op 2899 meter hoogte bevindt. Het begin van de tocht voert ons over een oud karrespoor. Onwillekeurig word mijn aandacht getrokken door de bulderende rivier die naast het pad loopt. Het ijsblauwe water raast naar beneden met her en der kleine vervalletjes en kronkelige passages. Ik herinner mezelf eraan dat ik hier niet ben om te kajakken en richt mijn blik naar boven.

Na een half uur het karrespoor gevolgd te hebben komen we aan bij een kabelbaan. Niet een luxe lift voor personen, maar een klein bakje wat gebruikt wordt om goederen van en naar de berghut te vervoeren. Hier houd het brede pad op en kronkelen verschillende bergpaadjes naar boven. Thomas legt uit dat er twee routes zijn naar de Hildesheimer Hütte: de ‘makkelijke’ route, en een zwaardere, steile route. Met een nauwelijks verborgen grijns deelt hij mee dat wij uiteraard de zware route naar boven nemen, hij is overduidelijk nieuwsgierig naar wat voor vlees hij in de kuip heeft.

Enigszins onzeker ga ik voorop over het smalle, stenige paadje. Als fanatiek rotsklimmer en hardloper heb ik een prima basisconditie, maar toch kan niks in Nederland je echt goed voorbereiden op een zware klim met volle bepakking. We bereiken langzaamaan de 2000 meter hoogte en ik merk dat de lucht al ijler begint te worden. Terwijl ik langzaamaan buiten adem raak begin ik te twijfelen: ben ik niet veel te langzaam? Wat als ik de groep niet eens kan bijhouden?

Hijgend en puffend

Als ik me omdraai zie ik dat ik gelukkig niet de enige ben die het moeilijk heeft. Een eindje achter me komen mijn groepsgenoten hijgend en puffend naar boven geklauterd. Thomas sluit al fluitend de rij. De komende twee uur zigzaggen we gestaag als een stoomtrein naar boven. Om ons heen beginnen de groene alpenweitjes plaats te maken voor scherpe rotsen en loszittende puinhellingen.

Tegen lunchtijd bereiken we de Hildesheimer Hütte. De oude houten hut bevind zich op een soort uitstulping die uit de berghelling lijkt te komen. Links van de hut bevind zich een steile rotshelling waar zich een klein klimgebiedje bevindt. Ook begint er de klettersteig die toegang biedt tot de graat van de Schussgrubenkogel. Rechts van de hut bevind zich een diepe afgrond, waarachter we de gletsjer zien opdoemen. Een imposante grijze ijsmassa die als een tong over het berglandschap heen ligt.

Touwtechnieken en reddings-oefeningen

De komende drie dagen staan in het teken van touwtechnieken en reddings-oefeningen op de rots en op de gletsjer. De NKBV- C2 cursus in de Stubaier Alpen is het vervolg op de alpiene basiscursus en gaat dieper in op de verschillende technieken die men moet kennen om veilig in de bergen te kunnen klimmen. Er is aandacht voor alpien rotsklimmen, waarbij we leren tussenzekeringen te leggen en standplaatsen te bouwen in de rots. Daarnaast behandelen we uitgebreid de reddings-technieken die we nodig kunnen hebben tijdens de gletsjeroversteek later deze week.

Door de warme zomer is het grootste deel van de sneeuw op de gletsjer al gesmolten. Hierdoor zijn de verraderlijke spleten die de gletsjer zo gevaarlijk maken goed zichtbaar. Hogerop ligt er echter nog wel sneeuw, die de gletsjerspleten aldaar aan het oog onttrekt. De sneeuwbruggen die over de spleten zijn gevormd zijn dun en onbetrouwbaar, en tijdens de oversteek moeten we dus de gletsjer goed ‘lezen’ om veilig onze weg te vinden in het doolhof wat zich verborgen houdt onder de sneeuw.

Op naar de Mullerhütte

Gewapend met onze nieuw opgedane kennis staan we woensdagochtend in alle vroegte op de westflank van de gletsjer. Dik ingepakt, stijgijzers vastgesnoerd en met ijsbijl in de hand. De zon heeft zich nog niet laten zien. We lopen in een grijze wolk die ons het zicht op de omgeving ontneemt. De krachtige wind wordt harder naarmate we dichter bij de eerste col komen.

We zijn dik ingepakt maar toch weet de ijzige kou mijn nek te bereiken, waarna deze verder kruipt naar mijn rug. Bij de col aangekomen moeten we een kleine rotsgraat oversteken. De stijgijzers, harde wind en zware rugzak zijn niet echt bevorderlijk voor het evenwicht en onvast wankelen we over het gesteente naar de noordkant van de richel.

Het zicht is nog steeds zeer slecht. Het deel van de gletsjer voor ons is bedekt met een laag sneeuw, wat het lastig maakt om te navigeren. We moeten naar rechts afbuigen om de toegang naar de Wilder Pfaff te bereiken. De gletsjer is hier een stuk steiler wat betekend dat er veel spleten verscholen zitten onder de sneeuw. De zwaartekracht trekt het ijs als het ware uit elkaar, met scheuren in het ijs als gevolg.

Oppassen geblazen dus. We weten ondertussen waar we op moeten letten en voorzichtig beginnen we aan de oversteek. Lichtere stukken sneeuw betekent dat er lucht onder de sneeuw zit in plaats van solide ijs, deze stukken moeten we dus zien te vermijden. Zigzaggend proberen we onze weg te vinden in deze arctische omgeving. We lopen nog steeds in de wolken, het voelt alsof we ons in een zwart-wit foto bevinden.

We vorderen gestaag als Iris, die voor me aan het touw loopt, wijst op een diep gat in de sneeuw. Even later kom ik er langs en werp een blik de zwarte leegte in. Mijn keel knijpt dicht als ik zie dat er zich aan mijn andere kant ook een gapend gat bevindt. ‘Sh*t, ik sta op een sneeuwbrug’ schiet het door me heen. Mijn hartslag schiet omhoog en ik moet mijn benen eraan herinneren dat ze door moeten lopen. Gelukkig houdt de sneeuwbrug ons gewicht en even later is iedereen het gapende gat gepasseerd.

Een bijna buitenaards uitzicht

Om ons heen begint het lichter te worden. Af en toe breken de wolken open en worden we getrakteerd op een bijna buitenaards uitzicht. We zijn de 3000 meter grens al ruim gepasseerd en voor ons vouwen de Stubaier Alpen zich uit. We zien de enorme omvang van de gletsjer, doorsneden met kartelige rotspunten en omringd door puinhellingen.

Zo’n 200 meter voor ons verschijnt de volgende col. Hier houdt de gletsjer op en begint de scherpe rotsgraat die ons via de Wilder Pfaff naar de Mullerhütte zal leiden. Ik ben me al aan het verheugen op het feit dat ik straks eindelijk mijn stijgijzers af kan doen als mijn rechterbeen ineens door de sneeuw heen zakt. Ik leun nog half op mijn linkervoet terwijl mijn rechterbeen in het luchtledige hangt.

Als de sneeuw onder mijn linkervoet het ook begeeft zal ik in de gletsjerspleet vallen. Kort overweeg ik mijn opties en leun ik voorzichtig een klein beetje naar voren. Ik pak mijn ijsbijl stevig vast en hak hem met al mijn kracht zover mogelijk voor me, hopende dat ik solide ijs raak in plaats van losse sneeuw. Met een scherpe ‘tok’ bijt de bijl zich vast en opgelucht voel ik dat de punt stevig vast zit in het ijs. Aan mijn armen trek ik mezelf omhoog totdat mijn been weer vrij is. Twee stappen verder heb ik weer vast ijs onder mijn voeten en haal ik een paar keer diep adem.

Het doel van de C2 cursus in de Stubaier Alpen is om uiteindelijk zelfstandig alpiene tochten te kunnen maken. De afgelopen dagen hebben we verschillende technieken geleerd om mensen uit gletsjerspleten te redden. Het feit dat we in een touwgroep lopen voorkomt verder dat we een grote val in de ijzige diepte kunnen maken. Toch is het uiteraard beter om een dergelijke val te voorkomen. Het was onmogelijk te zien hoe diep de gletsjerspleet was waarin ik deels verdween, en met een rilling bedenk ik dat er elk jaar meerdere mensen verdwijnen in dit sterk vergletsjerde gebied.

De laatste loodjes

Eenmaal bij de graat aangekomen kunnen we onze stijgijzers en ijsbijl opbergen. Na een korte klim naar de top van de Wilder Pfaff bereiken we het laatste obstakel van de dag: een kilometerslange graat die grens vormt tussen Oostenrijk en Italië. Twee uur lang klimmen en klauteren we op de messcherpe rand tussen hemel en aarde. Aan mijn linkerkant kijk ik uit over de besneeuwde toppen van de Oostenrijkse alpen. Toppen wiens namen mij grotendeels onbekend zijn, maar daarom niet minder mooi. Aan de rechterkant ligt Italië aan onze voeten.

Stubaier Alpen
De Stubaier Alpen zijn doorsneden met messcherpe rotsgraten. Eigen foto: Welmoed Ubels, Mountainreporters

Derdegraads klimpassages

De route bevat derdegraads klimpassages, wat inhoudt dat we tussendoor standplaatsen moeten bouwen in de rots en elkaar moeten zekeren. Het laatste stuk is nog behoorlijk uitdagend, maar stiekem ben ik blij dat ik me op vaste rots bevind en dat de bodem niet meer plotseling onder me weg kan zakken. Het scherpe graniet voelt vertrouwd onder mijn vingers en mijn lichaam beweegt als vanzelf over de rots.

De spanning van de tocht over de gletsjer verdwijnt en ik focus me alleen nog op wat er toe doet. Mijn evenwicht, de rots onder mijn vingertoppen en het overweldigende landschap dat aan onze voeten ligt.

Stubaier Alpen

Zelf houd ik het vrij vroeg voor gezien, ik wil de zonsopkomst niet missen en ga er dus vroeg uit. Thomas hoor ik diep in de nacht naar zijn kamer naast de onze stommelen. De volgende dag zal hij rondlopen met kleine waterige oogjes, maar nog altijd met zijn vrolijke grijns op zijn gezicht.

Terwijl de opkomende zon de hemel oranje kleurt probeer ik de stilte in me op te nemen. Wat zou ik deze graag meenemen, terug naar het dal. Vandaag keren we terug naar Sölden, terug naar de bewoonde wereld, naar stromend water en vers voedsel.

Alhoewel mijn lichaam schreeuwt om verse groente en een warme douche zie ik er stiekem tegenop om weer naar het ‘normale’ leven terug te keren. Dus blijf ik staan, een klein stipje op het houten dek, omringd door een zee van graniet en ijs.

Tegen het eind van de middag komen we aan bij de Mullerhütte waar Lukas, de huttenwaard, al klaarstaat met huisgemaakte Sonnklarlikeur. Het is gezellig druk in de kleine hut en s’ avonds vermaken we ons met kaartspelletjes. De weizen en schnapps vloeien rijkelijk en de verhalen worden steeds sterker naarmate de avond vordert.

Meer weten?

De NKBV-C2 cursus Stubaier Alpen is één van de alpiene gevorderden cursussen die de NKBV elke zomer aanbiedt. De C2-cursus is het vervolg op de alpiene basiscursus, ook wel aangeduid als C1. Meer informatie over de verschillende cursussen van de NKBV vind je op bergsportreizen.nl. De C1 en C2 cursus zijn samengesteld voor beginnende en gevorderde alpinisten.


Houd je het liever bij bergwandelen? Lees dan vooral de volgende tips voordat je de bergen in gaat!


klik voor bijzondere reizen naar Nieuw-Zeeland en Australië


 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

 

Yomads

Onvergetelijke outdoorreizen van Yomads

Bij Yomads draait alles om het creëren van onvergetelijke outdoorreizen. De trips zijn speciaal geselecteerd zodat je op de meest unieke plekken komt, #opjebucketlist. Je ontdekt tijdens het hiken ongerepte landschappen en nieuwe bestemmingen. In kleine groepen, ver buiten de gebaande paden en weg van de massa. Lees meer

Little America

Unieke rondreizen door het noordwesten van de VS

Ontdek de Pacific Northwest door de ogen van de locals met Little America. Je verblijft in kleinschalige accommodaties, midden in de overweldigende natuur van Oregon en Washington. Maak kennis met de vriendelijke hosts en beleef een unieke en onvergetelijke reis, ver weg van het massatoerisme.
Lees meer